woensdag 9 juni 2010

Wisseveld

Velen zullen met belangstelling naar deze presentatie hebben uitgekeken. Het Wisseveld is al een hele tijd in een geheimzinnig waas gehuld met lekkende en onbekend gebleven raadsleden of misschien toch anderen. Wat is er aan de hand en wat gaat er gebeuren?

De presentatie bleef beperkt tot een terugblik op de geschiedenis van het project. Mijn conclusie uit het gepresenteerde was dat er afgezien van Maaszicht/MFC in 8 jaar eigenlijk niets concreets is gebeurd en dat de gemeente met handen en voeten aan de grondbank, die je tegenwoordig Grond- en BouwBureau (GBB) moet noemen, is gebonden. En toch hebben er bureaus, ingehuurde krachten en eigen mensen aan gewerkt.

Over de voortzetting van het project werd nog niets gezegd. De pas aangetreden wethouder gaf op tactische wijze te kennen dat de aanpak wel moest worden veranderd. Onder het motto “niet als een dolle gaan hollen” moet de toekomst van het Wisseveld op een later tijdstip worden besproken.

Over de verhouding met GBB werd wel gezegd dat de ontwikkeling op 50 50 basis gebeurt, maar wat dat precies betekent is niet gebleken. Voor mij is een belangrijke vraag in hoeverre de gemeente zelfstandig beslissingen kan nemen over bestemmingen en planning. Ook de financiële positie bleef onbesproken. Wat heeft de gemeente er aan gespendeerd en welke vruchten heeft dat afgeworpen?

Natuurlijk was er weer een besloten slot aan de presentatie. Mogelijk dat daarin die onderwerpen aan de orde zijn geweest. Feiten zijn feiten en die moeten een keer openbaar worden en het heeft dan ook geen zin daar geheimzinnig over te doen. Iets anders is de wijze waarop je met de situatie omgaat. Tijdens onderhandelingen moet je je niet in de kaart laten kijken. GBB en gemeente zijn toch partners?
  • Zoals dikwijls ook hier enkele opvallende details:
    Enige tijd geleden werd voor de raad een presentatie gehouden waarbij het bedrijf DHL zijn plannen uiteen zette. Dat zag er goed uit. Op een vraag naar de strand van zaken kwam als antwoord dat het bedrijf inmiddels had afgehaakt.
  • Al enige malen is vanuit het college is aangekondigd dat het haalbaarheidsonderzoek naar verplaatsing van de scheepswerf binnenkort zou worden afgerond. Nu bleek dat daar gewoon nog niets aan is gedaan. Er is inmiddels contact geweest tussen nieuwe wethouder en scheepswerf. Hopelijk binnenkort nu duidelijkheid over de vraag of Wisseveld en scheepswerf iets voor elkaar kunnen betekenen. Waar ik mijn geld op zet zal wel bekend zijn, maar ik ben nooit goed in wedden geweest.
  • Er is nog een ambitieus onderdeel van het Wisseveldproject: woningbouw op het voormalige Coxterrein, dus buiten de bescherming van de dijk. Iets waar Rijkswaterstaat bijzonder huiverig voor is. Gezien de stijgende kans op overstromingen erg logisch. Maar men was wel erg star. Je mocht bij wijze van spreken nog geen paal in de uiterwaarden slaan. Een aantal jaren geleden is op aandrang van o.a. de riviergemeenten dit beleid herzien. Bij wijze van experiment werd toen een 15-tal locaties aangewezen waar bij wijze van experiment meer zou mogen dan volgens het toen vigerend beleid. Het Cox-terrein was één van de gelukkigen. Niet dat alles mocht, maar met een goed verhaal en ook ruimtewinst voor de rivier zou daar mogen wat eerst niet mocht. Dat zouden ook bouw van woningen kunnen zijn. Inmiddels heeft het nieuwe beleid gestalte gekregen en is van experimenten geen sprake. Het nieuwe beleid geeft iets meer ruimte, maar het blijft een moeizame en kostbare zaak. En dan rijst de vraag waarom zou je het doen? Grave heeft bouwlocaties zat en de markt is ook niet meer zodanig dat je er goud aan kunt verdienen of zelfs maar de extra kosten mee kunt betalen. En daarvoor moet je dan tijdrovende procedures doorlopen. En tijd kost het zeker als het sturen van een brief en het wachten op antwoord al zo lang duurt. Mijn idee: plan vergeten of voorlopig op zolder zetten en de aanwezige menskracht inzetten op eenvoudiger gedeelten van het Wisseveld.

AZC

In september 2009 is door het COA een plan voor een nieuw AZC gepresenteerd dat prima op het Wisseveld zou passen. Na die presentatie zou de raad een keer discussiëren over de principiële vraag of er met de gemeente Grave te praten viel over de voortzetting van de samenwerking bij de opvang van asielzoekers, of dat het nu wel genoeg was. Die discussie is er niet gekomen. Het kon dus een punt worden bij de gemeenteraadsverkiezingen.
Uit de diverse programma’s bleek dat niemand voelde voor het Wisseveld als vestigingsplaats. Alleen de VVD sprak zich duidelijk uit over de beginvraag. Voor die partij was het nu wel genoeg. Zonder nu direct al ja te zeggen waren de anderen toch wel bereid over voortzetting na te denken, waarbij een aantal vragen werden gesteld. Geen echte duidelijkheid dus. Die zou je dan in het bestuursakkoord verwachten. In dat document is geen letter gewijd aan dit onderwerp. Als er één onderwerp is waarover binnen de coalitie niet bij voorbaat overeenstemming bestaat, is het wel de AZC-kwestie. Dat is voer voor een compromis dat in het bestuursakkoord komt te staan. Nee dus.

En nu komt opeens het COA met een presentatie vergezeld van een verzoek het huidige contract met een jaar te verlengen.
Nu mocht je ook verwachten dat het COA met antwoorden zou komen op bekende, maar nog niet formeel gestelde vragen uit de raad. Uit de presentatie bleek echter dat het COA al een eind is gevorderd met het ontwikkelen van een plan binnen het huidige complex. Voor de uitwerking is nog een jaar nodig. En om het plan uit te werken vroeg het COA om verlenging van het contract. Dus niet om de raad meer ruimte te geven een principiële beslissing te nemen. Geruststellend werd er bijgezegd dat, als de plannen zijn uitgewerkt de raad van Grave alsnog “nee” kan zeggen tegen een nieuw contract. Naar mijn mening kun je het niet maken tegen het COA (of wie dan ook) te zeggen dat er tijd wordt gegeven de plannen uit te werken terwijl je toch al weet dat je uiteindelijk sowieso tegen zal stemmen. Nu ja zeggen tegen een jaar tijd om het plan uit te werken betekent dat de gemeente met de nodige mitsen en maren bereid is tot een nieuw contract. Een complicatie is dat enkele principiële vragen zoals over noodopvang als bewoners op straat worden gezet en over de dagbesteding niet door het COA kunnen en mogen worden beantwoord. Dat moet het ministerie doen. Als op die vragen geen bevredigend antwoord komt zou dat voor een deel van de raad wel eens een breekpunt kunnen zijn, hoe mooi de uitgewerkte plannen er ook uitzien. Maar dat is echt risico rijk, ofschoon de raad dit nu wel kenbaar moet maken.

  • Nog een paar opvallende zaken:
    Het indertijd gepresenteerde model van een AZC in de vorm van een woonwijk is kennelijk onder het tapijt verdwenen. Een vraag daarover werd tactisch omzeild.
  • Een aantal verzoeken om asiel zal worden afgewezen. Deze mensen zullen Nederland dus moeten verlaten. Om dat minder hard te laten zijn worden zij niet uitgewezen maar moeten ze terugkeren. Dat is nog verder verzacht. Heel consequent spraken de vertegenwoordigers van het COA niet over wegsturen of helpen bij de terugkeer, maar over stimuleren om terug te keren.
  • In september werd al aangekondigd dat het ministerie zou besluiten om geen afzonderlijke centra meer te beheren voor vragers, blijvers en verdwijners (mijn terminologie). Het nieuwe AZC wordt gebouwd voor alle asielzoekers onafhankelijk van de vraag in welk stadium hun verzoek verkeert. Op de vraag of dit niet tot spanningen zou leiden kon het COA ook geen rechtstreeks antwoord geven. De burgemeester vond dat de raad er bij de presentatie niet zo diep op moest ingaan.

Uit deze, maar ook andere vragen bleef dat voor een deel van de raad echt eerst de principiële vraag aan de orde is: willen we een AZC of niet en pas daarna wordt de vraag hoe het er uit komt te zien van belang.
Omdat vergaderingen van de raad altijd om 22:30 uur worden beëindigd is de volgorde van de agenda wel belangrijk.

Voorbereidende vergadering vervolg

Tijdens de presentatieavond werd bekend dat het verzoek van het COA het huidige contract met 1 jaar te verlengen aan de agenda voor 15 juni zou worden toegevoegd en volgens mij dus ook aan de nog onbekende agenda van de besluitvormende vergadering van 29 juni.
Nu zie ik net (9 juni 16:15 uur) dat de agenda voor de voorbereidende vergadering op de website is verschenen. Daar staat dit punt echter niet op. Twee mogelijkheden. Op de site is een verouderde agenda geplaatst of de bespreking gaat niet door, misschien vanwege de toch al rijkelijk gevulde agenda. Voorlopig ga ik er maar van uit dat het dinsdag wordt besproken. Het wordt wel een helse toer om nog tijdig een voorstel te produceren of zou de zaak rechtstreeks naar de besluitvormende vergadering gaan?
Ik ben benieuwd wanneer COA dit verzoek heeft gedaan. Als die brief recent is zou ik de bespreking liever uitstellen dan er haast- en dus broddelwerk van maken.
In Grave is het altijd weer spannend wat er besproken gaat worden.

Jacques Leurs maakte zich nogal kwaad over het schrappen van principebeslissing over de zaak Litjens. Nu is dat punt inhoudelijk al uitgebreid besproken, het kan dus zijn dat het rechtstreeks op de agenda van de besluitvormende vergadering wordt geplaatst. Maar logisch dat hij zich begint af te vragen wat de rol van het presidium nu eigenlijk is.

Ik heb nu 2 versies van de agenda: Allebei gedateerd op 4 juni! Een heel nieuwe uitleg van het gezegde “met twee tongen spreken”.

dinsdag 8 juni 2010

Intermezzo

Dit is alweer de honderdste blog . Een goede reden om eens iets anders aan de orde te stellen. En de inspiratie daarvoor kwam ijdens de presentatievergadering van vanavond, waarbij AZC en Wisseveld aan de orde kwamen.

De opstelling in de raadzaal heeft mij steeds verbaasd. Het lijkt mij ook onpraktisch. Een deel van de raadsleden zit met de rug naar een spreker en moet zich bij een presentatie behelpen met een scherm waarbij het contact met de spreker natuurlijk verloren gaat. De opstelling is ook star, hetgeen gebruik van de ruimte voor andere doeleinden uitsluit.

Vanavond realiseerde ik mij dat deze opstelling eigenlijk heel symbolisch is. Misschien is daar zelfs bewust voor gekozen. Raad en college zitten in een gesloten kring met het zicht op elkaar en keren de rug toe naar alles wat zich buiten de eigen kring bevindt. Een cirkel is een teken van geslotenheid. Denk maar aan een heksenkring, het is onmogelijk daaruit te breken.

Zou dit heidens symbool echt van invloed zijn op de werkwijze van de raad? Ik hoop dat men uit die kring is gebroken alvorens ik aan de tweehonderdste blog toe ben.

De voorbereidende vergadering 15 juni 2010

Eigenlijk moet u de blog “stoom afblazen” hebben gelezen alvorens aan dit verhaal te beginnen.

De agenda liegt er weer niet om. Burap 2010-1e, Kadernota 2011 en Bestuursakkoord 2010-2014 zijn ieder voor zich al voldoende voor een afzonderlijke vergadering. Het is mij ook niet duidelijk of er voor Burap en Kadernota voor 15 juni nog een technische toelichting komt. Daar was wel sprake van, maar er moest nog al wat worden geschoven, o.a. om de nieuwe wethouders de gelegenheid te geven zich in te werken. Dat soort informatieavonden is meestal wel openbaar, maar wordt maar zelden van gemeentewege publiekelijk aangekondigd. De agenda voor de besluitvormende vergadering op 29 juni (er zit dus veertien dagen tussen en dat is een verbetering) is nog niet bekend, dus de mogelijkheid bestaat dat deze punten worden doorgeschoven, hetgeen ook weer zijn voor- en nadelen heeft.

Evaluatie collegevorming

Ondanks de volle agenda vind ik dat er nog een punt moet worden toegevoegd. Laten we het maar noemen: evaluatie collegevorming. Heel terecht werd er in de vergadering waarin Peter Hendriks werd herdacht maar ook de nieuwe wethouders werden benoemd niet op ingegaan. Toch werd wel duidelijk dat er bij de niet-coalitiepartijen nog heel wat zeer over de gang van zaken zit. En dat moet er toch uit. Aangekondigd werd dat bij de bespreking van het bestuursakkoord daarvoor wel gelegenheid zou zijn. En daar ben ik het helemaal niet mee eens. Evaluatie kijkt terug en daarbij moet de gelegenheid zijn op nette manier gal te spuwen. Daarna moet een eventuele strijdbijl worden begraven en, het voorbeeld van de juffrouw van de Tom-Tom volgend, uitgaande van de nu eenmaal ontstane situatie gezamenlijk worden gewerkt aan de toekomst. Een vluchtige blik in de kadernota heeft de noodzaak daartoe wel onderstreept. Het scheiden van evaluatie collegevorming en discussie over het raadsprogramma lijkt mij ook prettiger voor de nieuwe wethouders.

En er zijn daarbij naast meer emotionele zaken ook wel wat rationele vragen te stellen.

Sinds 2002 bestaat de mogelijkheid wethouders van buiten aan te trekken. In het dualisme wordt daarmee bedoeld dat de wethouders niet perse uit de raad hoeven te worden gekozen. Het wil niet zeggen dat ze ook van buiten de gemeente moeten komen. De zogenaamde coalitie heeft daar wel voor gekozen. Is het dan uitgesloten dat er in Grave goede kandidaten zouden zijn? Als argument is wel aangevoerd dat van buiten de wethouders boven de partijen zouden staan. Maar als dat het criterium is rijst de vraag waarom deze drie partijen dan vinden dat alleen zij drieën die onpartijdige wethouders moeten uitzoeken.

Een tweede punt is dat men een open sollicitatie wilde. Maar hoe open is die procedure geweest. Er is een advertentietekst gepubliceerd, maar is die advertentie ooit geplaatst en zo ja waar? En zo nee, hetgeen ik geloof, waar zijn dan die 27 sollicitanten vandaan gekomen. Ik weet dat de grote partijen daar bureautjes voor hebben.

Financiële aspecten zijn natuurlijk wel van belang, maar mogen naar mijn mening geen invloed hebben op de keuze. Er is nu eenmaal een rechtspositieregeling die inhoudt dat bij benoeming van ex-wethouders zij hun bij andere gemeenten hun opgebouwde wachtgeldrechten meenemen.

Dit alles neemt niet weg dat een slechte procedure toch wel tot een goed resultaat kan leiden.

Bestuursakkoord

Aan hetgeen ik eerder over het bestuursakkoord schreef heb ik verder niets toe te voegen. De kadernota onderschrijft mijn mening dat verbetering van de relatie met de burgerij veel meer aandacht in dat akkoord verdient.

De kadernota

Op het eerste gezicht zou je denken dat het bestuursakkoord besproken zou moeten worden voor de kadernota. Eerst moet de nieuwe raad aangeven wat zij wil en dat wordt dan financieel vertaald. Dat is in de huidige situatie onmogelijk. De informatie van de kadernota is, zoals ik eerder beargumenteerde, nodig voor een programma van de raad. De kadernota zoals die nu voorligt is een zuiver ambtelijk stuk. Het geeft wel informatie, maar doet geen keuzes. Ik ben er nog maar één keer vlug doorheen gegaan en dat is te weinig om er zinvol commentaar op te kunnen leveren. Hetzelfde geldt voor de Burap.

Je hoeft niet diep in de stukken te duiken om te constateren dat het voor de raad geen eenvoudige zaak zal worden. Landelijk gaan de Graafse coalitiepartijen VVD en CDA voor hervormingen. Nou daar zullen ze in Grave ook mee aan de gang moeten. De ontwerp kadernota geeft wel cijfers waaruit blijkt hoeveel omlaag moet worden hervormd (=bezuinigd) maar laat hert aangeven van de wijze waarop dit moet gebeuren wijselijk en terecht over aan de gemeenteraad. Ook de al ingeboekte bezuiniging van € 700.000 is nog niet geconcretiseerd terwijl het vorige college toch aangaf dat daarvoor in het eerste kwartaal van dit jaar het nodige materiaal zou worden aangedragen. Eigenlijk zou in de kadernota hierover duidelijkheid moeten worden verschaft. Daarnaast zal nog meer moeten worden bezuinigd en dat nog los van hetgeen voortvloeit uit het rijksbeleid.

Ik acht het uitgesloten dat het mogelijk zal zijn de noodzakelijke bezuinigingen te realiseren zonder dat de burger dat merkt. En zeker als subsidies en andere voorzieningen aan bod komen zal dat niet kunnen zonder gebruik te maken van de creativiteit van verenigingsbestuurders en anderen. Dat is een mooi onderwerp voor het bestuursakkoord.

De kadernota is op het eerste gezicht duidelijk. Tot nu toe heb ik één raadselachtig verschijnsel geconstateerd. Bij ieder programma wordt een categorie activiteiten opgesomd met de vermelding “geen financiële consequenties/geen dekking”. En tussen die kenmerken links en rechts van de schuine streep zit nog al een verschil. Als er geen financiële consequenties zijn kan die activiteit rustig doorgaan. Als er geen dekking is zul je die activiteit wel moeten schrappen.

Vreemd vind ik ook de opmerking over de parkeernota. De voorbereiding daarvan is zover gevorderd dat men ambtelijk weet dat er € 1.700.000 voor nodig is. In de kadernota is echter slechts € 500.000 opgenomen. En daar kan de parkeernota dus niet voor worden gerealiseerd. Een tabelletje van activiteiten met een kolom kosten (kan 0 zijn), een kolom aanwezige dekking en een kolom nog te vinden dekking zou daarom wel handig zijn.

Wordt waarschijnlijk vervolgd als ik niet met vakantie ben.

Mogelijke andere punten voor de besluitvormende vergadering

Bij de stukken voor de voorbereidende vergadering waren ook enkele raadsvoorstellen gevoegd voor de besluitvormende vergadering die niet op de agenda van de voorbereidende vergadering staan. Het college vermoedt waarschijnlijk dat de raad over die punten niet zal discussiëren. Het zijn inderdaad vooral technische zaken met één uitzondering.

Er is een voorstel de erepenning van de gemeente , in de wandeling het ereburgerschap genoemd, te moderniseren. Na 40 jaar mag dat ook wel. Er komt een nieuw ontwerp, maar ook wordt voorgesteld de mogelijkheid te openen dat organisaties de erepenning krijgen. De huidige penning kan alleen aan personen worden toegekend. Vandaar waarschijnlijk ook de term ereburgerschap. Dat punt vind ik toch wel een nadere bespreking waard. Het is een goed idee om ook organisaties zo’n blijk van waardering te geven, maar mijn eerste gedachte is om daar iets aparts voor te verzinnen. In ieder geval zou ik dan een ander voorwerp kiezen dan zo’n toch betrekkelijk kleine penning. In een club moet het toch een zeker omvang hebben om het in een kast te kunnen zetten of aan een muur te hangen.

Bij de andere punten heb ik even gekeken naar de communicatieparagraaf. Er is een standaardformulier voor raadsvoorstellen, dat ook wel eens vernieuwd mag worden, maar gelukkig is wel iedere opsteller verplicht enige zinnen aan communicatie te wijden. In deze gevallen komt dat vooral neer op publiceren. Mij viel op dat daar kennelijk geen protocol voor is. De ene keer staat er “publiceren op de gebruikelijke wijze”, maar die moet je dan wel weten. Bij het volgende voorstel staat er dat in de Graafsche Courant wordt gepubliceerd en het derde en laatste besluit wordt ook op de website geplaatst. Een kleinigheid misschien, maar daar is een lied over. “Het zijn de kleine dingen die het doen”.

maandag 7 juni 2010

Stoom afblazen.

Soms is het goed eerst stoom af te blazen alvorens inhoudelijk op de materie in te gaan. Daarom nu eerst maar de veiligheidsklep open gezet.

In de verkiezingstijd struikelden de partijen over elkaar heen bij het beloven van “het terugwinnen van het vertrouwen in het bestuur bij de burger” En zowaar na de verkiezingen werd zelfs een ad-hoc commissie in het leven geroepen. Maar daar is het wel bij gebleven. Nu win je vertrouwen niet zo makkelijk terug. Daar is tijd voor nodig, maar je moet wel ergens mee beginnen. Begin dan met het eenvoudige en laat zien dat je de burger, en zeker de burger die blijk geeft interesse te hebben voor het besturen van de gemeente, serieus neemt. De burgemeester heet bij het begin van iedere vergadering het publiek welkom. Maar daarmee heb je het wel zo ongeveer gehad.

Volgende week dinsdag 15 juni is de eerste voorbereidende vergadering. Leny van Lieshout wees er ook al op dat er op de website van de gemeente niets over is terug te vinden. Wij zijn dus afhankelijk van papieren informatie via gemeentehuis en bibliotheek. Het beschikken over een digitale versie vergemakkelijkt o.a. door de zoekfunctie het bestuderen van omvangrijke stukken als een kadernota aanzienlijk. Bovendien is de beschikbare tijd tot de vergadering zo kort dat de beperkte openingstijden een echte hinderpaal vormen. Kortom het gemeentebestuur doet alles om het de burger moeilijk te maken het raadswerk te volgen, laat staan te beïnvloeden.

In wezen is de oplossing zo simpel. Alle stukken worden digitaal aangemaakt. Op hetzelfde moment dat zij naar de raadsleden worden verzonden en uitgeprint kunnen zij ook op de website worden gezet. Één keer regelen en het werkt. Het probleem zal wel zijn dat de website door een andere afdeling wordt beheerd dan de club die de raadsstukken produceert en verspreidt. En het valt meer de constateren dat zo gauw er meer afdelingen bij een zaak zijn betrokken de coördinatie hapert. Zo las ik ook het verslag van een bewonersbijeenkomst over het bouwrijp maken voor het nieuwe Maaszicht. Dat verslag staat bol van “uit nadere informatie in het gemeentehuis….”. Op veel voor de hand liggende vragen moest degene die de voorlichting gaf het antwoord tijdens de bijeenkomst schuldig blijven. Een verschijnsel dat tot in de raad doorwerkt en bij een goede coördinatie grotendeels te vermijden valt. Natuurlijk is het spreekwoord ”een gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden” er niet voor niets.

Dit probleem is niet nieuw. Herhaaldelijk heb ik daar al op gewezen. Het is ook de belangrijkste reden waarom ik met deze, als je het goed bekijkt eigenlijk belachelijke en overbodige, weblog ben begonnen. Maar denk je dat er ook maar één raadslid is dat zich daar druk over maakt? Oh ja, in een gesprek wordt het wel toegegeven, maar daar blijft het ook bij. “Laat maar lullen” is kennelijk de aanpak van de burgerparticipatie. Zelfs Jacques Leurs laat op zijn website vol trots zien dat hij nu een nieuw speeltje heeft gekregen om de stukken te bekijken. Dat zou, als je erin gelooft, moeten leiden tot nog minder papieren stukken, dus tot nog minder informatie aan het publiek.

Genoeg gekanker. Ik wil dit stoom afblazen positief beëindigen. Heel eenvoudig een klein beetje verbetering aanbrengen. Daarvoor is wel de hulp van de raad nodig, want ik doe het in de vorm van een motie:

De raad van Grave, in vergadering bijeen op 15 juni 2010 draagt het college op er met ingang van heden voor te zorgen dat raadsagenda’s en raadsstukken onmiddellijk bij het verschijnen op de website van de gemeente worden geplaatst en gaat over tot de orde van de dag.

Die laatste gebruikelijke kreet mag dan niet betekenen dat het daarmee is geregeld, maar dat het slechts een begin van de verbetering is.