donderdag 24 september 2009

Besluitvormende vergadering 22 september 2009

De wereld en speciaal Grave zullen als gevolg van deze vergadering weinig veranderen. Soms denk ik dat de raadsleden beter samen naar een therapiesessie kunnen gaan dan een raadsvergadering houden. In het inmiddels donkergrijze verleden kende de gemeenteraad de sherrykuur als middel om plooien glad te strijken.
Op de agenda van een besluitvormende vergadering staan A en B stukken. Het is de bedoeling dat over A-stukken niets meer wordt gevraagd en niet wordt gediscussieerd. Dat weerhield fracties niet om toch vragen te stellen over de wijziging van het bestemmingsplan buitengebied en opheffen van de provinciale welstandszorg. Die vragen hadden geen invloed op het besluit en hadden net zo goed of beter in de voorbereidende vergadering aan de orde kunnen komen. Achteraf is mij gebleken dat in Grave, tegen de bedoeling van het dualisme in, de wethouders hun voorstellen toch in de raad mogen verdedigen. Dat belemmert wel de inhoudelijke discussie tussen de fracties. Nu heeft de raad van Grave zo te zien meer behoefte aan onderling gekissebis dan aan inhoudelijke discussie. Veel verschil met het verleden is er niet. Toen is het ook nooit gelukt te voorkomen dat de raadsvergadering voor een deel een herhaling werd van de commissievergaderingen.

Ik blijf van mening dat wethouders bij de besluitvormende vergadering niet aanwezig mogen zijn. Behalve natuurlijk als zij zelf onderwerp van gesprek zijn en dat was deze keer het geval. Wethouder Opsteegh begon de discussie met ruiterlijk te erkennen dat hij niet slim had gehandeld en bood excuses aan. Daarmee was de angel er natuurlijk uit. Een paar fracties uit de oppositie probeerden nog wel de aanval op de wethouder voort te zetten, maar gelukkig gingen de meeste fracties snel over naar de vraag of de raad van Grave wel verstandig omgaat met vertrouwelijkheid. Nee dus. Het heeft geen zin iets in het geheim te bespreken, terwijl het onderwerp door even te googlen in alle aspecten op het beeldscherm verschijnt zoals Koevoets aantoonde. Het is dan ook goed dat daar -en hopelijk op niet al te lange termijn- een discussie aan wordt gewijd. Een vorige maal heb ik al betoogd dat vertrouwelijke raadsvergaderingen uitzondering moeten zijn. Dat bereik je niet door vertrouwelijke vergaderingen te boycotten. Verbeteren doe je van binnen uit. In dit geval was de boycot zelfs ironisch. Want als er één zinvolle vorm van een vertrouwelijke vergadering is, is het wel die waarin vertrouwelijkheid wordt opgeheven. En dat was hier het geval. Gelukkig is de vertrouwelijkheid over de wensen van de Raad voor de ontwikkeling van het “Hart van Grave” nu opgeheven en mag een raadslid rustig zeggen of hij of zij het carillon wil handhaven om maar iets te noemen. Nu ik over die lijst van uitgangspunten beschik bleek mij weer dat alleen de raadsleden van die vertrouwelijkheid last zullen hebben gehad. Daar stond nu echt niets nieuws in.

Ik heb het pand verlaten alvorens de andere punten uit de vertrouwelijke vergadering aan de orde kwamen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten