woensdag 30 mei 2012

Wat nu met de "Margriet"?



Het besluit dat de raad op 22 mei heeft genomen is uit meer oogpunten merkwaardig., al is het alleen maar vanwege de dubbele ontkenning die er in zit. En met zo’n taalkundige constructie is moeizaam te formuleren.
·         De raad besloot, via een amendement op een voorstel van het college, iets dat al op 16 juni 2009 was besloten. Men had gewoon kunnen volstaan met het voorstel van het college af te wijzen. Het besluit van 2009 was gebaseerd op argumenten die aannemelijk maakten dat de zo gewenste medewerking van de provincie zou worden verkregen. Het nu genomen besluit mist die inhoudelijke onderbouwing. Het besluit van 16 juni 2009 is echter niet ingetrokken, dus nog steeds van kracht en ook niet in strijd met het nu genomen besluit. Dubbel genaaid houdt beter zullen we maar zeggen.
·         Het besluit van 16 juni 2009 was gebaseerd op een voorstel, dus informatie, van het college. Ook het college was dus toen van mening dat opnemen van de Margriet in het bestemmingsplan door de provincie zou worden geaccepteerd. Het heeft weliswaar een hele tijd geduurd, maar uiteindelijk is de Margriet wel in het concept voorontwerpbestemmingsplan opgenomen en ter inzage gelegd. Ook toen was het college dus nog van mening dat de weg begaanbaar was. Er zijn zienswijzen ingediend, die voor een groot deel nog niet geopenbaard zijn. Wel blijkt uit het voorstel van het college voor 22 mei dat er in ieder geval 2 zienswijzen zijn die argumenten aanvoeren tegen opnemen van de Margriet in het bestemmingsplan. Van de “appellanten” was dat natuurlijk te verwachten, maar het college heeft kennelijk uit de zienswijze van de provincie geconcludeerd dat die niet zonder meer voor opnemen is. Op zienswijzen die voor de Margriet pleiten wordt niet inhoudelijk ingegaan. En er is zeker één zo’n zienswijze, namelijk namens de Margriet zelf. In die zienswijze worden argumenten aangevoerd waarom er wel een gerede kans is dat de provincie meewerkt. (Ik formuleer het wat voorzichtig, want in dit stadium van de procedure zijn er nog geen zekerheden; sterker nog ze mogen er eigenlijk niet zijn. Zekerheden ontstaan pas wanneer het bestemmingsplan door de raad wordt vastgesteld.). Omdat er wel wordt verwezen naar overleg met de provincie, maar geen verslagen zijn bijgevoegd kan ik niet beoordelen waarom het college nu plotseling de eigen procedure doorkruist door op basis van twee  zienswijzen en met voorbijgaan van alle andere op één onderdeel van het gehele bestemmingsplan buitengebied de raad een uitspraak laat doen. Dat riekt naar paniek
·         Het huidige besluit past niet in de procedure. Na de ter visielegging en het indienen van zienswijzen dient het college het voorontwerp en de zienswijzen te verwerken tot een formeel ontwerpbestemmingsplan. Afhankelijk van de intensiteit van vooral het overleg in de voorbereiding is dit een minder of meer complexe aangelegenheid. Gelet op het tijdsverloop zou het in dit geval eenvoudig moeten zijn en zou het ontwerpbestemmingsplan zeer binnenkort ter inzage moeten kunnen worden gelegd. Er is dan 6 weken tijd om opnieuw een zienswijze in te dienen. Daarna moet de raad na vier maanden het bestemmingsplan vaststellen. Dat lijkt mij geen aanleiding voor een overhaaste beslissing.
·         Het college wekte met het voorstel de indruk dat opnemen van de Margriet in het bestemmingsplan een onhaalbare kaart zou zijn en dat daarom tijdverspilling er nog aandacht aan te besteden. Dat is natuurlijk mijn interpretatie, maar waarom zou het college anders nu met dit voorstel zijn gekomen? Als je het voorstel goed leest is het toch niet zo absoluut. Zo wordt gesproken over “onwaarschijnlijk” maar niet over “uitgesloten” of woorden van gelijke strekking. Zelfs de wethouder heeft gezegd dat hij een geamendeerd besluit (dat alleen maar kon neerkomen op een afwijzing van zijn voorstel) zou uitvoeren. Dus het college gaat nu gewoon zijn stinkende best doen de provincie te overtuigen van de juistheid van het opnemen van de Margriet in het bestemmingsplan.
·         Mevrouw de Zoeten lichtte nog toe dat zij eigenlijk de Margriet als rivierpleisterplaats wel zag zitten, maar toch tegen het amendement zou stemmen, en dus tegen opnemen van de Margriet. Het collegevoorstel had haar aangetoond dat deze weg onbegaanbaar zou zijn. De raad als geheel koos er echter voor die weg toch in te slaan en het college zelf gaat voorop. Iedereen is er wel van overtuigd dat het geen asfaltweg is en dat er nog wel wat hobbels zijn te nemen, maar als je niet gaat lopen kom je zeker nergens.

Genoeg over het besluit. Het ligt er en wat nu. Formeel is gewoon het college weer aan zet om concept ontwerpbestemmingsplan en zienswijzen om te werken tot formeel ontwerpbestemmingsplan. Voor de Margriet betekent het dat vooral de aandacht moet worden gericht op de zienswijze van de provincie. Blijkbaar is die nog afwijzend. Daar hoeft de gemeente niet bij voorbaat bang te zijn. Nog niet zolang geleden had de provincie ook een negatieve zienswijze op een woningproject in Escharen. Na één goed gesprek met de provincie stemde de provincie alsnog in. Bovendien is in de huidige regelgeving de provincie niet meer zo machtig als vroeger. Tegenwoordig is de gemeente leidend en heeft de provincie dezelfde gereedschappen als iedere burger: een zienswijze indienen en eventueel later een beroep op de Raad van State. Natuurlijk moet je wel met goede argumenten komen om de provincie te overtuigen en zou ik bij een beroep van de provincie op de Raad van State ook geen weddenschap op de gemeente afsluiten. Een bestuurlijk aanval vanuit de gemeente op het provinciebestuur is dan ook nodig.

De zienswijze van de “appellanten” is voor een belangrijk deel gebaseerd  op het provinciaal beleid. Daarnaast wordt nog een aantal andere regels genoemd waar de Margriet eventueel zou moeten voldoen. Op zich is dat wel juist, maar spelen die regels in de bestemmingsplanprocedure geen rol. Blijft over de invloed op het uitzicht van de “appellanten” op het landschap en andere opvattingen op wat wel en niet daar past. Die bezwaren moeten natuurlijk worden afgewogen. Daarbij speelt natuurlijk een rol of er 2 appellanten zijn of dat een groot aantal mensen vindt dat de Margriet daar niet hoort. Zo werkt nu eenmaal een democratie. Democratie is ook accepteren dat besluiten worden genomen waar je het zelf niet mee eens bent.
De “appellanten” wijzen ook nog op uitspraken van de Raad van State dat de Margriet daar ten onrechte ligt. Dat is juist, maar de raad van State baseert zijn uitspraken op twee facetten:
·         Is de aangevochten beslissing op de juiste wijze tot stand gekomen? Indien dit niet het geval is, moet de procedure over. (Dit speelt bij de vraag van de scheepswerf om het bestemmingsplan te wijzigen. Het was weliswaar een rechterlijke uitspraak, maar de RvS is in dit geval ook een rechtbank).
·         Is de aangevochten bestemming niet in strijd met het beleid van hogere organen? Indien dit het geval is een nieuwe poging alleen zinvol als eerst het beleid van dat hogere orgaan wordt.
Dit laatste speelt nu bij de Margriet. Alle uitspraken van de Raad van State zijn gebaseerd op het huidige bestemmingsplan en volgens die regels kan de Margriet echt niet. Maar het gaat nu om het vaststellen nieuwe beleidsregels. Oude uitspraken van de Raad van State zijn hierbij wel leerzaam maar niet maatgevend.

Alles bij elkaar genomen doe ik hierbij geen uitspraak over de zienswijze van wie dan ook. Wel geloof ik er bij een voortvarende en zorgvuldige aanpak zeker in dat de Margriet in het bestemmingsplan buitengebied kan worden opgenomen.

Rest nog het plan van de “appellanten” het besluit van de raad aan de Kroon voor te leggen voor vernietiging. Daarmee zou het besluit van de baan zijn en de komische situatie ontstaan dat het besluit van 16 juni 2009 van kracht blijft. En dat is inhoudelijk precies hetzelfde. Dat schiet voor de “appellanten” ook niet op. Dit neemt echter niet weg dat het recht om het te proberen wel bestaat. Ik zie de aankondiging dan ook niet als een bedreiging maar als een aansporing zorgvuldig te werk te gaan.

Naast de bestemmingsplanprocedure loopt ook nog het handhavingtraject. Nu heb ik van de aanpak van de scheepswerfproblematiek overgehouden dat je alvorens een eventueel gedoogbesluit te nemen in afwachting van legaliseren of verdwijnen ook nog een besluit kunt nemen tijdelijk niet te handhaven. Ik zou de stukken eens moeten bestuderen of in combinatie met de weg naar een nieuw bestemmingsplan dit niet een begaanbare weg is ondanks de uitspraak van de Raad van State op dit terrein. Het is toch te zot dat je tegelijk werkt aan het bouwen en het slopen van een huis?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten