22 mei is weer de volgende raadsvergadering. Er rommelt nog al
wat in bestuurlijk Grave, dus is het hard nodig dat de gemeenteraad iets van
zich laat horen. Dat vereist natuurlijk een gedegen voorbereiding. Om die voorbereiding goed te laten verlopen
heeft men weer commissies ingesteld.
En daar begint het gedonder weer. Net als vorige keer zijn de
commissies weer samengevoegd. Waarom? Geen agendapunten? Kom nou! Bovendien zou
het dan een mooie gelegenheid zijn eens dieper op de agendapunten in te gaan in
plaats van wat gehakketak, dat in de Graafse raad politiek wordt genoemd. Daar
heeft het niets mee te maken, het is niet meer dan vliegen afvangen. De ware
reden om de commissies samen te voegen is natuurlijk dat de stukken niet op
tijd klaar waren voor een vergadering op 8 mei.
Ter zake;
Allereerst valt op dat de scheepswerf
niet op de agenda staat. Een bespreken van de situatie ligt voor de hand en
omdat regeren nu eenmaal vooruitzien is zou een overweging wat er kan, moet of
gaat gebeuren als de werf werkelijk failliet gaat ook zinvol zijn. Een failliete werf zou ook
voor Grave wel eens slecht kunnen uitvallen.
Het eerste echte agendapunt is de klachtenverordening. Op het eerste gezicht een hamerstuk, maar mij
viel op dat volgens het voorstel evaluatie van de verordening niet wenselijk
is. Nu zal wel zijn bedoeld dat evaluatie niet nodig wordt geacht want wat kan
er nu op tegen zijn? En laat ik het nu zelfs wenselijk vinden dat die
verordening jaarlijks wordt geëvalueerd. Niet zozeer vanwege de tekst van de
verordening, maar vanwege het gebruik. Wordt er veel geklaagd , waarover en wat
is er aan gedaan? Eigenlijk is mijn blog een voortdurende klacht over het
optreden van het gemeentebestuur. Ik zal eens overwegen dat te formaliseren als
de verordening eenmaal van kracht is.
De wegsleepverordening is ook al zo’n zaak die nu eenmaal moet worden
geregeld. Maar waarom nu vastleggen dat de auto’s naar een particulier bedrijf
in Cuijk worden gesleept. Je pakt op die manier de boosdoeners natuurlijk extra
door ze te dwingen naar Cuijk te lopen om hun auto op te halen. Maar hoe kan
het college nu beslissen over de openingstijden van dat particuliere bedrijf.
Logischer lijkt mij dat de auto’s naar de gemeentewerf worden gesleept. Dan
hoeft dat bedrijf ook niet in de verordening te worden opgenomen en kan het
wegslepen gewoon worden aanbesteed in plaats van de wegsleper in de verordening
op te nemen.
De voorstellen voor de verordening inburgering 2012 en de destructieverordening
heb ik één keer doorgelezen en daarbij niets bijzonders aangetroffen.
Anders is dat bij de Beleidsnotitie
en convenant wijk- en dorpsbeheer gemeente Grave. Dat punt is vorige keer
aangehouden omdat gemeente en wijk- en dorpsraden het niet zo eens waren als
het college suggereerde. Ik hoefde de stukken niet nog eens door te lezen want
zelfs de datum van de raadsvergadering was in het raadsvoorstel niet aangepast.
Alle reden dus voor de commissie om een vertegenwoordiging van de wijk- en
dorpsraden uit te nodigen voor de commissievergadering om van hen direct te
horen hoe de vlag er bij staat.
Bij het voorstel voor
de implementatie CGM is een hoop
papier gevoegd. Dat is wel logisch want het gaat om niets meer of minder dan
het samenvoegen van da ambtelijke organisaties van Cuijk, Grave en Mill per 1
januari 2014.
Die operatie vereist natuurlijk een omvangrijke voorbereiding
en er zitten nog al wat haken en ogen aan vast. Het directe doel van het
voorstel dat nu aan de orde komt is dat de raad van Grave het implementatieplan
vaststelt en een krediet van € 247.500 voteert ter dekking van de kosten.
Daar begint het gedonder natuurlijk al. Het voorstel is weer
dat bedrag te onttrekken aan de algemene reserve. Nu meen ik mij toch echt te
herinneren dat de vorige keer dat zo iets werd voorgesteld aan het college werd
opgedragen in een volgend geval, dus nu, aan te geven wat daarvan de
consequenties voor die algemene reserve zijn. Voor zover ik weet is die reserve
in ieder geval niet van elastiek.
Verder is het voorstel weinig meer dan een overname van
theoretische beschouwingen uit de rapporten. Bij eerste lezing zijn mij enkele dingen
opgevallen die een wat diepere bespreking toch wel gewenst maken.
Er is een enquête gehouden onder personeel en bestuurders van
de drie gemeenten. Het bureau noemde de
respons “relatief laag”. Ik zou het liever “zorgelijk laag” willen noemen. Het
wijst er op dat de betrokkenheid niet groot is terwijl het toch gaat om de
eigen werkplek
Ook is aan organisaties uit de gemeente om hun mening
gevraagd. De respons was evenmin groot.
Uit de conclusies van die raadpleging citeer ik 2 punten.
4.
Geef duidelijkheid aan burgers wat het betekent als ambtenaren van drie
gemeenten voor drie besturen, met elk hun eigen collegeprogramma, regels en
afspraken, moeten gaan werken. De deelnemers aan de drie burgerpanels vragen
zich af wat het voor de ambtelijke organisatie betekent dat per 1 januari 2014
nog geen harmonisatie van regels, verordeningen en afspraken heeft
plaatsgevonden.
5. Zowel het burgerpanel in
Grave als de vertegenwoordigers van de Graafse dorps- en wijkraden, die eerder
deelnamen aan een gezamenlijke klantenpanelbijeenkomst van de drie gemeenten,
hebben zich opmerkelijk kritisch, af en toe zelfs negatief uitgelaten over het
bestuur van hun gemeente. Hun vertrouwen in het gemeentebestuur is zeer laag.
Zij veronderstellen dat de ambtenaren binnen hun gemeente daar last van hebben.
Zij hebben de indruk dat sommige ambtenaren graag anders willen, maar zich
belemmerd voelen. De verhoudingen tussen burgers en bestuur en mogelijk ook
tussen ambtenaren en bestuur verdienen in de gemeente Grave extra aandacht.
Punt 4 sluit goed aan bij mijn eerdere opmerking dat het
handhaven van drie gemeentebesturen na het samengaan van de ambtelijke
organisaties een zinloze zaak is.
Punt 5 is, denk ik, voor velen in Grave geen nieuws, maar
het is wel zorgelijk en mag niet zomaar worden genegeerd. De commissie en de
raad van Grave dienen zich het advies voor extra aandacht direct ter harte te
nemen
Een andere risicofactor in het voorstel is dat de
huisvesting van de organisatie wordt verdeeld over de drie gemeenten. Dat heeft
het gevaar van cultuurverschillen en coördinatieproblemen. Natuurlijk zijn er ook goede argumenten, en service dicht bij
de burger is ook wenselijk, maar in het voorstel wordt er toch wat luchtig
overheen gestapt.
Het grootste probleem vind ik toch de desinteresse. Een
oude stelregel is toch dat een theoretisch volmaakte organisatie faalt met
slecht gemotiveerde mensen en dat een theoretisch slechte organisatie met goed
gemotiveerde mensen toch tot succes kan leiden.
Wat de raad nu wil met het Wisseveld en het rapport van de rekenkamer is mij
volkomen een raadsel. Ook bij dit agendapunt niets dan de oude stukken. Ik had
op zijn minst verwacht dat er tussen 13 maart en nu een reeks van vragen vanuit
de raad zou zijn gesteld en dat nu de reactie van het college bekend zou zijn.
Niets van dat alles, dus heb ook ik er niets aan toe te voegen. Maar ja, het is
ook nog niet eens zeker dat de gemeente nog iets over het Wisseveld heeft in te
brengen. Intussen is er wel een fraai rapport van het bureau SVP in de
Commissie Ruimtelijke Kwaliteit aan de orde geweest; om je vingers bij af te
likken. Voor mij een “déjà vu”. De opzet deed mij sterk denken aan de eerste
ideeën van Soeters in 2000, maar ook aan een liedje dat ik ooit maakte “Grave
bouwt weer een luchtkasteel”. De muziek kwam uit “les Miserables”. Symbolischer
kan niet.
Ook de prinses
Margriet staat op de agenda maar het raadsvoorstel is nog in behandeling.
Zou men zelf al weten welk spoor men wil volgen?
Algehele indruk: slordig!!
Voor de zekerheid: vrijdag 12:00 uur heb ik bij de bibliotheek
en op de gemeentelijke site gekeken of er aanvullingen zijn: Nee
Geen opmerkingen:
Een reactie posten