vrijdag 3 mei 2013

2013-50 Raadstrilogie april 2013


Het leek mij beter even te wachten met mijn commentaar op de eerste en derde trap van de raadsvergadering van 22/23/25 april 2013. De scherpe kantjes zijn er nu wel een beetje af.
Het begon op de maandag voor de vergadering. Dat is het leuke van een opname. Daar hoor je bij flarden ook nog iets wat eigenlijk niet voor iedereen bestemd is.

Zoals iedereen kon verwachten, en dus ook bij de raad bekend moest zijn, was er een grote delegatie van tegenstanders van het parkeerterrein aan de Stadhouderslaan. Zij wilden inspreken. Maar dat punt stond niet op de agenda en volgens het reglement mag je dan over dat onderwerp geen gebruik maken van het spreekrecht. Dat spreekrecht was wel aangevraagd. Dus had direct kunnen worden gezegd dat inspreken niet mogelijk is omdat het punt niet op de agenda staat. Dat is niet gebeurd en dus kwamen ze allemaal voor niets. Er werd nog wel een poging gedaan om het punt alsnog op de agenda te plaatsen, maar dat werd niet toegestaan. De discussie daarover duurde waarschijnlijk langer dan een beetje soepelheid zou hebben gekost.

Zorgelijker dan dat niet mocht worden ingesproken was hoe de meeste fracties denken met de bemoeienis van burgers om te gaan. Ik heb het al meer gesignaleerd, wat wettelijk is voorgeschreven is genoeg. Ook hier werd door de coalitiepartijen unaniem gezegd dat men te zijner tijd maar een zienswijze moet indienen. Dat kan pas als het plan klaar voor het besluit ter inzage ligt. Van inbreng bij de voorbereiding is dan geen sprake. Wijkraden en andere overlegorganen kunnen dan wel worden opgeheven. Ik ga er tenminste van uit dat de raad en, omdat de coalitie de gang van zaken bepaalt, zeker de coalitie wel consequent is. Want als in het ene geval wel vooroverleg wordt gepleegd en in het andere, zoals hier, niet wordt het een zootje. En de waarnemend voorzitter deed een dringend beroep op de vergadering er juist geen zootje van te maken. En dat is het dus wel.

Zonder de Stadhouderslaan was voor het inspreken toch al 45 minuten nodig, dank zij de soepelheid van de raad want volgens het reglement mag het spreekrecht niet meer dan 30 minuten duren.

Hoe het met het bestemmingsplan Buitengebied is afgelopen heb ik op basis van de behandeling op dinsdagavond al besproken. Wat ik van de bespreking op maandag heb gehoord geeft geen aanleiding naar nog iets aan toe te voegen.

Bij de behandeling op donderdag van het burgerinitiatief Binnenhof begon de VVD met nog meer verwarring te veroorzaken dan er al was. Deze fractie vond dat het initiatief wel moest worden afgewezen, maar het door het college opgestelde plan niet besproken. De achtergrond is natuurlijk dat de VVD alsnog een Scheereplein in het voorstel wil betrekken. Al eerder heb ik aangegeven -en ook de indienster van het initiatief heeft daar in haar aandeel in het spreekrecht ook op gewezen- dat de raad al lang heeft vastgelegd dat de oorspronkelijke straatprofielen in stand moeten blijven. Dus geen Scheereplein, maar een Scheerestraat.
Deze discussie werd beëindigd doordat de voorzitter de VVD vroeg daarvoor tijdens de discussie een amendement in te dienen.

In 2013-42 wees ik er op dat volgens de reglementen de indiener van een burgerinitiatief het recht heeft een toelichting te geven en dat de voorzitter kan bepalen dat ook aan de beraadslaging wordt deelgenomen. Keerpunt 2010 wees hier op en stelde voor de voorzitster van de wijkraad aan de tafel te vragen. De raadsvoorzitter deelde mee dat het aan de raad was om daar een beslissing over te nemen. VVD en CDA voelden niets voor inbreng van buiten. De anderen wel en dus leek er een meerderheid voor. Op het laatste moment bleek er echter in de LPG-fractie toch een tegenstander en gezien het vijftal afwezigen werd het 5 voor en 5 tegen. En dus moet er in de volgende vergadering opnieuw over worden beslist.

Volgens mij is dat niet goed gegaan. Allereerst staat in de verordening keihard dat de raadsvoorzitter de indiener in de gelegenheid stelt een toelichting te geven. Er staat “in de gelegenheid stelt” en niet “kan in de gelegenheid stellen”. Wel staat er dat de voorzitter de initiatiefnemer aan “de beraadslagingen kan laten deelnemen”. Er staat nadrukkelijk bij dat artikel 24 van het reglement van orde buiten beschouwing blijft. Ik vroeg me in 2013-42 wat die verwijzing inhield. Het werd me nu duidelijk. In dat artikel 24 staat dat de raad moet instemmen. In de verordening burgerinitiatief staat dus dat de raad  bij een burgerinitiatief over meepraten niets heeft te zeggen. De voorzitter bepaalt en had de knoop dus kunnen doorhakken.

Achteraf gezien is het maar goed dat het zo is gelopen. Hopelijk komt er eerst inzicht in de inrichting van de openbare ruimte in en rond het Hart van Grave. En dat gaat over iets meer dan het Binnenhof en het trottoir rond de winkels.

De Koersnotitie structuurvisie gaf stof voor ruim een uur heen en weer praten zonder dat er echt over de hoofdlijnen werd gediscussieerd. Er werden meer vragen aan het college gesteld dan bij de behandeling in de commissie en dat is toch niet de bedoeling. Trots had als enige wel een principiële en inhoudelijke visie op de wijze waarop de structuurvisie moet worden uitgewerkt. Met name op de waterfrontvisie had deze fractie nogal wat fundamentele kritiek. De vertegenwoordiger heeft het wel voorgelezen, maar de rest van de raad ging er niet op in. Nu is dat niet helemaal onbegrijpelijk want de inbreng van Trots viel de raad nogal koud op het dak.
Uiteindelijk werd het voorstel, dat vooral neer komt op “college ga zo verder” met de stem van Trots tegen aangenomen. Hopelijk speelt de inbreng van Trots toch een rol bij die uitwerking, alhowel de raad daarvoor niet veel ruimte biedt.

Verstandig is dat de raad in een motie van het CDA het college opdracht gaf de planprocedures alvast op te starten voor projecten die vooraan in de planning staan. Als gewacht moet worden op de vaststelling van de structuurvisie, waar het woningbouwprogramma deel van uit maakt, gaat weer tijd verloren. Strikt genomen gaat de motie alleen over een project in Escharen. Ze zou eigenlijk algemeen moeten worden gehanteerd.

Triest is wel dat de inbreng vanuit de Graafse gemeenschap weer beperkt blijft tot het indienen van een zienswijze als het plan eigenlijk al vastligt. De planning is alleen haalbaar als bij de uitwerking alles wat in deze vergadering is gezegd wordt genegeerd. Een andere reden daarvoor is ook dat de raad nogal lang bleef stilstaan bij de kosten van het opstellen van de structuurvisie. Volgens de wethouder kunnen extra kosten alleen worden vermeden als er niets wezenlijks meer aan de stukken wordt veranderd. En dat is zo’n beetje de enige harde uitspraak van de raad: het heeft al te veel gekost en voor extra financiële ruimte voelen we helemaal niets.

Op het allerlaatst kwam de opdrachtverlening van de opdracht voor de waterfrontvisie nog in discussie. Niemand wist blijkbaar nog hoe dat was gegaan. Alles, inclusief de dekking van de kosten, was echter in januari 2013 al bekend.

Ik verwijs daarom nog maar eens naar 2013-4 die ik voor het gemak hier maar herhaal:

2013-4 Onderzoek waterfront.
Vandaag verscheen ook de besluitenlijst van de B&W-vergadering van 18 december 2012. Opvallend daarin was het volgende:

12-492 R&W Opdrachtverlening voor opstellen van een Waterfrontvisie.
1.    Er wordt ingestemd met het opstellen van een Waterfrontvisie.
2.    Er wordt ingestemd met de opdrachtverlening aan Royal Haskoning DHV.
3.    Er wordt ingestemd met de onttrekking van € 11.385,-- uit de voorziening voor egalisatie toerisme & recreatie ter dekking kosten opstellen van een Waterfrontvisie.

Nu is er al een door de raad vastgestelde ontwikkelingsvisie voor de Maasboulevard. Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat de waterfrontvisie over een ander gebied gaat. Ligt die andere visie nu in de prullenmand, heeft de raad die visie nu verlaten? Aan die visie heeft een reeks van adviseurs gewerkt hetgeen heeft uitgemond in een opknapbeurt van de loswal Er is dus aardig wat geld aanbesteed. Welke strategie zit hier achter?

Inmiddels is de wijkraad door Haskoning DHV (alweer een nieuwe speler) uitgenodigd voor een bijeenkomst op 16 of 28 januari. In die bijeenkomst wordt de wijkraad geïnterviewd over de aandachtspunten die de wijkraad van belang vindt. De enige informatie die hierbij wordt gegeven is dat het gaat over het gebied van de haven aan de westzijde tot aan de punt van het Visioterrein aan de oostzijde, dus inclusief de Oude Haven. Zou de herontwikkeling van het huidige Maaszicht daar geen invloed op hebben?

Het zou mij niets verbazen als dit ook voor de raadsleden nieuws is.

Misschien hebben de raadsleden ook de raadsledennieuwsbrief nr 3 gemist.


Toch gloort er licht, maar dan wel op de Elisabeth en het historisch stadhuis.

Omdat het bestemmingsplan buitengebied inmiddels was vastgesteld was het bezwaar van Litjens achterhaald en werd dus afgewezen.

De derde ronde om voldoende krediet te krijgen voor het inlopen van een achterstand bij handhaving eindigde in een knock out. Kreeg het college vorige keer nog een deel van werd gevraagd, nu werd het verzoek volledig afgewezen. En dat gebeurt bij het laatste voorstel dat de burgemeester als voorzitter en in dit geval ook als portefeuillehouder door de raad moest loodsen.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten