vrijdag 25 april 2014

2014-28 Het gemeentebestuur is weer compleet

Alvorens naar de raadsvergadering te gaan zocht ik op mijn bureau naar een pen. Naast vele anderen kwam ik daar een reclamepen tegen met het opschrift: ”www.toneelmakerij.nl”. Dit leek me een toepasselijke pen en dat bleek het ook te zijn.

Het overgrote deel van de agenda was bestemd om de gemeente Grave van nieuwe wethouders te voorzien en de overige taken in de commissies toe te wijzen. Daarover moesten natuurlijk verklaringen voor en tegen worden afgelegd en er moesten stemmingen worden gehouden. De uitslag van dit alles stond al vast en was ook gepubliceerd. Het uittreden van Eva Eigenhuijsen uit de VVD had natuurlijk het script voor de voorstelling wel verstoord, maar je hoefde niet zo’n slimme rekenaar te zijn om te weten dat de uitslag onaangetast zou blijven.

Geheel in stijl van een toneelstuk klonk aan het eind van de vergadering een ongebruikelijk applaus. Het publiek had kennelijk van de voorstelling genoten.
Je zou dus kunnen zeggen dat alles goed is afgelopen en dat ik dus niets te klagen zou hebben. Ik ben deze weblog nu 5 jaar geleden begonnen met de opmerking dat ik ook recensies over de vergadering wilde schrijven. En alhoewel het slot van het toneelstuk voor net iets meer dan de helft goed afliep en de rest zich al lang met de werkelijkheid had verzoend was er voor een recensent heel wat te beleven.

Ontslag Anja als raadslid en benoeming R. Keereweer
Anja Henisch had vlak voor de vergadering haar ontslag ingediend en LPG wilde dat haar opvolger in dienst zou zijn getreden alvorens tot de wethoudersverkiezing zou worden overgegaan. Dus werden het onderzoek van de geloofsbrieven van Rein Keereweer en zijn installatie naar voren gehaald. Het publiek werd niet geïnformeerd over de reden daarvoor. Volgens ingewijden was het omdat Anja Henisch zou moeten meestemmen over de wethouders terwijl zij zelf kandidaat daarvoor was. Haar stem kon niet gemist worden omdat het script voor de voorstelling voorzag in een 8-7 uitslag. Zij moest dus op zich zelf stemmen en dat wilde ze blijkbaar vermijden. In de gemeentewet staat inderdaad dat je niet mee mag stemmen als je bent voorgedragen. Ik vraag mij echter af of hier wel sprake was van een voordracht waaruit gekozen moest worden. Het was volgens mij niet meer dan een kandidaatstelling. De voorzitter heeft dit ook nadrukkelijk voor de stemming zo gezegd. Kwaad kon het niet het was alleen handiger geweest als men dit eerder had bedacht. Nu is wel de geluidsopname in de war geraakt.

Aantal wethouders en tijdsbesteding.
(fte is het aantal personen dat je gelet op het aantal beschikbare functie-uren een volledige baan kunt geven)

Dit was de gelegenheid voor alle partijen om uiteen te zetten waarom deze coalitie zo heilzaam of juist zo rampzalig was. Dat werd van weerszijden met verve en overtuiging gedaan. De argumentatie van het aanstellen van een extra wethouder met de verwijzing naar de nieuwe taken die de gemeenten krijgen klonk niet erg overtuigend. Net als in mijn voorbeschouwing werd door de oppositie aangevoerd dat de onvermijdelijke samenwerking van 19 gemeenten zeker niet tot een taakverzwaring zou leiden. Toen ook nog over de kosten werd gesproken kwam op de tribune de verzuchting dat men liever geld over had voor een “extra hand aan het bed” dan aan een extra bestuurder. Natuurlijk werd ook de ware reden genoemd: om de coalitie van vier partijen vorm te geven waren gewoon drie wethouders nodig. Eigenlijk hoorde ik dat ook een beetje in het betoog van Trots liberaal. Dat is te verdedigen zeker als men de beschikbare formatie zou beperken tot de oude van 2 fte. Voor de oppositie was een verhoging tot 2.25 fte nog acceptabel. VPGrave diende daarvoor ook nog een motie in. De voorzitter wees er natuurlijk op dat een motie in dit geval mosterd na de maaltijd zou zijn. Met een amendement kon je in theorie nog iets bereiken. VPGrave vond dat men bij aanvaarding van het amendement  dan voor zou moeten stemmen en dat was men niet van plan. Ik vind dat wel een heel kromme en wat laffe redenering. Trots heeft dit trouwens nog niet zo lang geleden zelf wel gedaan. Die fractie is er in geslaagd een voorstel waarin zij totaal niets zagen via een amendement nog een beetje bij te schaven. Hun amendement werd geaccepteerd, waarop Trots toch vrolijk tegenstemde, maar wel iets had bereikt.

Hierna werd de formatieomvang een apart tussenspel in het hele toneelstuk.

Het oorspronkelijke voorstel voorzag dus in 2,7 fte. De coalitie kwam bij monde van het CDA met een amendement. De wethouders Joon en Daandels zouden 0,95 fte vervullen. Motieven werden niet aangereikt. Zo geformuleerd was het amendement onmogelijk. De raad kon de formatieomvang nog niet aan personen ophangen want die waren er nog niet. De voorzitter modificeerde het amendement in de discussie mondeling achtereenvolgens met “mannelijke wethouders 0,95 fte”, “totale omvang 2,8 fte” en vlak voor de stemming weer met “mannelijke wethouders 0,95 fte”. Inmiddels had VPGrave de motie weer omgezet naar een amendement omdat dit amendement het eerst in stemming zou worden gebracht. Uiteindelijk liep de komedie af zoals te voorspellen viel. De vraag was wel hoe nu precies het amendement en dus het besluit zou luiden. Mij leek dat de laatste uitleg van de voorzitter maatgevend zou zijn. Zo is het ook in de opname vastgelegd. En in dat geval heeft de gemeenteraad van Grave een discriminerend besluit genomen!

Een provinciale griffier heeft ooit gezegd: “Wat het bestuur beslist is niet belangrijk, belangrijk is wat ik opschrijf dat zij hebben beslist”. Daarom heb ik maar direct naar het uiteindelijke amendement gevraagd. Heel snel kreeg ik dat ook toegestuurd. Tot mijn stomme verbazing bleek dit het oorspronkelijke amendement te zijn gericht op de heren Daandels en Joon. Uiteindelijk zal de besluitenlijst duidelijkheid moeten verschaffen over wat er is besloten. Voor de motivering moeten we bij de fracties zijn, maar wat doet het er eigenlijk toe? Het is wel zo dat een voltijdse wethouder zijn neveninkomsten moet opgeven. Een deeltijdwethouder, ook al is het 95% hoeft dat niet. Maar waarom het verschil tussen 90 en 95%? Wat kan het mij eigenlijk schelen?

Benoeming wethouders
In het toneelstuk was ook nog een stemming verwerkt. Iedereen was vrij in zijn of haar keuze. Van een bindende voordracht was dus geen sprake. Zo leek het nog spannend. De drie voorgestelde kandidaten kregen 8 stemmen en Eijgenhuijsen en van Geest ieder 7. Het was dus met de hakken over de sloot, maar ook dan blijf je droog.

Direct daarna werden de wethouders geïnstalleerd. Daarbij was nog wel iets
merkwaardigs. Alweer pas aan het begin van de behandeling van dit punt deelde de leider van de coalitie mee dat de startdatum van de heer Joon pas op 13 mei zou zijn. De voorzitter vertaalde dit zo dat in het benoemingsbesluit 22 april moest worden veranderd in 13 mei. De heer Joosten sprak dit niet tegen. Dit zou ook betekenen dat de heer Adams tot 13 mei nog wethouder zou zijn. Na de wethoudersverkiezing werd de heer Joon toch direct geïnstalleerd en daarmee is hij in functie. Hij kan natuurlijk tot 13 mei met vakantie zijn. Ze zoeken het maar uit.

Woonplaats wethouders
De gemeentewet schrijft voor dat wethouders in de gemeente waar ze wethouder zijn woonachtig zijn. En ook wethouders moeten zich aan de wet houden of ze het leuk vinden of niet. Wethouder worden is een vrije keus. Er zijn meer beroepen waarvan de aanvaarding consequenties heeft voor de persoonlijke omstandigheden. De wet voorziet wel in een overgangstermijn van een jaar. En die termijn kan in bijzondere gevallen zelfs telkens met een jaar worden verlengd. Dat geeft natuurlijk ruimte voor interpretatie. In Grave hebben in de afgelopen periode de wethouders steeds ontheffing gekregen van de wettelijke verplichting. Als “bijzondere omstandigheid” werd daarbij aangevoerd dat tegenwoordig het verkopen van de huidige woning niet meer zo makkelijk gaat. Ook werd het risico genoemd dat men na vier jaar weer zou zijn bedankt. Alle twee waar maar in mijn ogen geen “bijzondere omstandigheid”. Met de huizenproblematiek hebben alle huiseigenaren te maken en de vierjaarlijkse periode is gewoon een eigenaardigheid van het beroep waar alle wethouders mee te maken hebben.

Nu speelt deze discussie niet voor de heer Joon die immers voor de eerste maal is benoemd en dus gewoon een jaar krijgt. Wethouder Daandels is ook opnieuw aan een nieuwe periode begonnen en voor hem geldt wellicht ook dit jaar uitstel.

Beide wethouders hebben het uitstel gekregen en de raad is er ogenschijnlijk weer voor een jaar vanaf. Het is wel zeker dat er dan weer discussie over komt. Mevrouw Eigenhuijsen heeft al aangekondigd dat zij kritisch zal kijken naar een eventueel verzoek komend jaar. Dan vereist het bestuurlijk fatsoen dat degenen die niet automatisch willen verlengen deze discussie ook ten spoedigste gaan voeren. De betrokkenen hebben er recht op te weten waar ze aan toe zijn. Zoals de gemeenteraad deze regelgeving tot nu toe interpreteert is niet te ontkomen aan jaarlijkse verlenging van “de ontheffing van de verplichting ingezetene van Grave te zijn”. Voor een raad die hoge prijs stelt op zelfstandigheid zou “ het afzien van het recht ingezetene van Grave te zijn” een betere formulering zijn.

Er werd via een motie nog een poging gedaan de wethouders te laten afzien van hun recht op vergoeding van reiskosten voor het woon-werkverkeer. Het staat in de rechtspositie dus weigeren van de vergoeding kon niet. Nu is die rechtspositie door de gemeenteraad zelf vastgesteld. (Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2006) De rijksregeling doet niets anders dan die vergoeding limiteren.
In plaats van een motie had men beter een voorstel kunnen indienen die rechtspositieregeling te wijzigen.

De commissies.
De fracties hadden opdracht gekregen te zorgen voor de voordracht van leden en plaatsvervangende leden voor de drie commissie Inwoners & Bestuur, Ruimte en de auditcommissie. Die zouden dan door de raad in deze vergadering worden benoemd. Ook zou de raad nog voorzitters voor die commissies moeten aanwijzen. Alhoewel de partijen al weken lang wisten dat dit moest gebeuren waren de lijstjes verre van compleet en ontbraken voorstellen voor voorzitters helemaal. Voor een groot deel konden leden en plaatsvervangende leden ter plekke nog worden gevonden. Voor voorzitters lukte dat niet. Die zouden dan in de eerste commissievergadering moeten worden aangewezen. De verordening op de commissies is echter heel duidelijk: “De voorzitter en zijn plaatsvervanger worden door de raad uit zijn midden benoemd”. En dat kan nu pas in de volgende raadsvergadering. De eerstvolgende commissievergaderingen zijn dus weer onreglementair. Is dat erg? Ik vind van wel. Natuurlijk moet je in buitengewone omstandigheden praktisch handelen, maar de Graafse gemeenteraad is wel erg goed in het creëren  van buitengewone omstandigheden. Op deze manier haal je ook de voortgang uit het toneelstuk. Door het ontbreken van de “lijstjes” die er toch wel waren raakten de spelers zelf in verwarring en dat maakte op het publiek weer een slordige indruk. Maar soms maakt de onbenulligheid een slecht toneelstuk weer amusant.

Werkgroep takendiscussie
Voor de werkgroep die de takendiscussie vorm moet geven had helemaal niemand zich gemeld. En de uitkomst van die discussie is toch de basis van het werk van de raad in de komende periode. Daaruit moet komen wat wij burgers van onze gemeenteraad mogen verwachten en ook wat wij ze niet mogen vragen. Je zou haast denken dat het de raadsleden meer gaat om het bezetten van de zetel dan om het vertegenwoordigen van hun kiezers. Is het een idee om die takendiscussie te laten voeren door vertegenwoordigers van wijk- en dorpsraden, ondernemersorganisaties en verenigingen? Het motto zou dan kunnen zijn: “wat verlangen wij van onze vertegenwoordigers en wat hebben we er voor over?”.
Nou ja iedere fractie heeft uiteindelijk een lid aangewezen. VPGrave weigerde mee te doen. Zij wilden hun  handen schoon houden. Je zou dat ook een destructieve opstelling kunnen noemen. Om te kijken hoe sterk iets is maak je het kapot.

De VVD in Grave. Wie van de drie of vier?
Natuurlijk was iedereen benieuwd naar de opstelling van de VVD in de gemeenteraad en naar Eva Eigenhuijsen in het bijzonder. Uit haar verklaring bleek dat zij volledig de steun heeft van de landelijke VVD. Mijn gevolgtrekking daaruit is dat zij de leden van de VVD vertegenwoordigt.

Eva heeft, alhoewel zij lijsttrekker was, de VVD fractie verlaten en derhalve vertegenwoordigt de heer Bannink nu de lijst die de naam VVD draagt.

Door de oppositie werd de burgemeester bestempeld als versterking van het VVD-standpunt in het college. Dit werd door de burgemeester ten stelligste bestreden. Zijn lidmaatschap van de VVD is niet relevant voor zijn functie als burgemeester en voorzitter van de gemeenteraad. Hij valt dus af als VVD in de gemeenteraad.

In het duale stelsel is de wethouder in theorie onafhankelijk van de raad en dus is zijn politieke afkomst minder belangrijk. Maar hij is wel door de VVD kandidaat gesteld. Maar dat was nog de lijst onder aanvoering van Eva Eigenhuijsen.

Wie nu de echte VVD-vertegenwoordiger is zal nog wel blijken. Uit haar eerste optreden is wel duidelijk geworden dat de lijst Eigenhuijsen een eigen geluid zal laten horen. Binnen de coalitie heeft Trots liberaal de sleutelrol. Als Eva voldoende ondersteuning krijgt, en waarom niet van een deel van de VVD-achterban, zou zij wel eens van meer invloed kunnen zijn dan de officiële VVD-vertegenwoordiging. In deze vergadering was dat in ieder geval al zo. Er hoeft maar één lid van de coalitie ziek of met vakantie te zijn en zij heeft de beslissende stem.

Boeiend is ook waar de VVD-wethouder meer naar zal luisteren, naar het landelijke VVD-geluid of naar het plaatselijke.

Hommerzaad
Er was ook nog een normaal voorstel voor het bestemmingsplan Hommerzaad. Ook dat liep af zoals bedoeld. Er werd zelfs unaniem mee ingestemd. Een amendement om niet na tien jaar te kijken of alle volgens plan verliep maar na vijf jaar werd omgebogen naar een motie, die ook door allen inclusief de net herbenoemde wethouder, die dus niet formeel wist of hij wel portefeuillehouder zou blijven, omarmd. Deze wens en ook een suggestie een bankgarantie te vragen als zekerheidsstelling voor de financiële belangen van de gemeente kon niet meer in de overeenkomst worden verwerkt. Het sluiten van de overeenkomst is een taak van het college en inmiddels hebben beide partijen ondertekend; te laat dus. Er was nog een vraag over het tijdstip van ondertekenen. Volgens die overeenkomst zou dat binnen twee weken na de ter visielegging gebeurd moeten zijn. Dat was niet het geval. Er werd gevraagd naar de reden daarvan. Ook de provincie had daar in  zijn zienswijze een opmerking over gemaakt. Zowel de vraag uit de raad als van de provincie werd afgedaan met de mededeling dat de overeenkomst was getekend alvorens het bestemmingsplan werd vastgesteld. Daarmee werd de vraag, die ik in een voorbeschouwing opperde, waarom er zoveel tijd is verlopen tussen tervisielegging en behandeling in de raad beantwoord. De overeenkomst was niet ondertekend. Waarom niet? En met die vraag bijt de hond in zijn eigen staart.

Toch nog iets positiefs: ook met Litjens komt het goed.


Alles bij elkaar een slordig toneelstuk met toch wel een paar lichtpuntjes. Nog maar even optimistisch blijven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten