Al een paar dagen
zit ik met de vraag wat te doen met punt 5 van de agenda van de
commissievergadering dinsdag. Het gaat over de “Koersnotitie
structuurvisie/woningbouwprogrammering/ontwikkelingsvisie “Waterfront” Dat is
niet alleen in de titel veel meer dan een mond vol. Met deze stukken wordt
gepretendeerd voor onze gemeente de weg naar een in alle opzichten zonnige
toekomst uit te stippelen. Niet als een droom, maar als een werkelijk doel.
Als je dan leest welke uitspraken van de raad worden
gevraagd en de planning van de procedure voor de vaststelling van het
eindresultaat “de structuurvisie”, wordt de feitelijke bedoeling van het
college duidelijk.
Als het college had laten schrijven wat ik nu tussen de
regels doorlees had het raadsvoorstel er ongeveer als volgt uitgezien.
Al een hele tijd zijn we bezig met de structuurvisie. We
hebben de stukken na een jaar rust weer uit de la gehaald en afgestoft.
Inmiddels zijn er ook Idops verschenen. Die bleken niet in strijd met een
concept voor de structuurvisie van begin 2012. Dat kwam goed uit. Ook weten niet
goed wat we met al enkele jaren oude plannen voor de Maasboulevard aanmoeten.
Maar we mogen toch zeggen dat met de opknapbeurt van de loswal, zeker na het
aanbrengen van de schanskorven, die beleidsnota’s hun geld wel hebben
opgebracht. Toch hebben we maar een
nieuwe waterfrontvisie laten maken. Omdat we toch bezig waren hebben we ook het
woningbouwprogramma er bij gedaan. Alle goede dingen gaan immers in drieën. Op
die manier komen we er ook in één keer van af. Dat willen we graag voor 1
januari 2014. Want vanaf die datum zijn alle ambtenaren van Cuijk, Mill en
Grave bij elkaar gevoegd. We willen dan zo weinig mogelijk winkeldochters
hoeven over te dragen.
Om dat voor elkaar te krijgen is het wel nodig dat u de
stukken accepteert zoals ze nu zijn. Het liefst hadden we dat de commissie ze
tot A-stuk zou verklaren, maar dat zal wel teveel zijn gevraagd. We kunnen er
ook wel mee uit de voeten als u er een B-stuk van maakt, maar onderling
afspreekt dat alle amendementen worden verworpen. Zelfs zou het genoeg zijn als
u de stukken voor kennisgeving aanneemt en ons de opdracht geeft de stukken in één structuurvisie te verwerken.
Wat we helemaal niet kunnen hebben is dat geïnteresseerde
burgers zich met de procedure gaan bemoeien. Daar hebben we nu geen tijd meer
voor. Het zal ons wel lukken ze op afstand te houden. Gebleken is al dat ook de
klankbordgroep zich een jaar aan het lijntje heeft laten houden. We kunnen er
echter niet onderuit het ontwerp ter visie te leggen zodat men een zienswijze kan
indienen. U weet dat we er telkens weer in slagen met het publiceren en ter
inzage leggen van stukken verwarring te zaaien. Met de zienswijzennota zullen
we tot het laatste moment wachten. Gezien de beschikbare tijd kan dat ook niet
anders. Op die manier krijgen we het wel voor elkaar dat de zienswijzen geen
invloed hebben op de uiteindelijke structuurvisie. Voorwaarde is wel dat u bij
de behandeling van de zienswijzennota in de raadsvergadering niet afwijkt van
ons voorstel. Dan kan het ook geen kwaad als er toch mensen zijn die gebruik
willen maken van het spreekrecht. De verordening op de commissies maakt een
verdergaande inbreng van burgers wel mogelijk, maar daar dient u geen gebruik
van te maken. Indieners van zienswijzen kunnen na de vaststelling nog wel in
beroep gaan, maar wie dan leeft die dan zorgt. Bovendien zijn de verkiezingen weer
in zicht en dan zijn we er allemaal van af.
Het college wijst u erop dat de planning voor de
procedure alleen haalbaar is als u bovengenoemde regieaanwijzingen strikt
opvolgt.
Omdat het eigenlijk toch een serieuze zaak is waag ik het
toch enkele inhoudelijke opmerkingen te maken.
De koersnotitie
structuurvisie.
Opvallend is de opmerking in de inleiding dat de
ontwikkeling van de visie begin 2012 is stilgelegd omdat eerst voldoende
duidelijkheid over de ontwikkeling van het Wisseveld moest zijn verkregen. Laat
ik nou altijd hebben gedacht dat een structuurvisie diende om juist richting
aan dat soort ontwikkelingen te geven. Die duidelijkheid over het Wisseveld is
er nog niet, maar nu kennelijk geen belemmering meer. Met iedere ziekte valt te
leven als je maar niet vraagt hoe lang.
Op zich is de koersnotitie niet meer dan een opsomming
van bekende wensen. Er worden wel zaken aangedragen, veelal al bekend uit
eerdere rapporten, maar geen koers uitgezet om de gewenste situatie te
bereiken. Opvallend vond ik dat er nogal positieve opmerkingen werden gemaakt
over de wijze waarop Visio zou kunnen worden ontwikkeld. Sommige ontwikkelaars
krijgen kennelijk meer vertrouwen dan andere.
Even opvallend was voor mij de weinige aandacht die werd
gegeven aan de ontwikkeling van het Wisseveld. Dat in april 2012 een
structuurvisie voor het Wisseveld is gepresenteerd door het bureau SVP uit Amersfoort
is blijkbaar niet opgevallen. In de koersnotitie wordt zonder ook maar een vage
toelichting een aantal projecten op het Wisseveld opgesomd. Waarschijnlijk zijn
die regelrecht overgenomen uit het contract met GBB. Dat het voormalige schoolterrein
aan de Koninginnedijk een schitterende plaats is voor woningbouw zal niemand
bestrijden, maar over hoe en wat moet toch wel worden nagedacht. Ook woningbouw
op de zogenaamde EMAB-locatie wordt opgesomd. De E van EMAG staat voor
experimenteel. Dat experimentele had betrekking op nieuwe regels voor het
bouwen in het winterbed van de grote rivieren. Die nieuwe regels zijn er
inmiddels en daaruit blijkt dat je wel erg in nood moet zitten wil je
toestemming krijgen daar te bouwen. Uit de regionale woningmarktstrategie en
ook uit het eigen woningmarktprogramma van onze gemeente blijkt dat er een
overschot aan bouwprojecten is. Op zijn minst had daarom toch dit project ter
discussie moeten worden gesteld. Ook het gegeven dat het bestemmingsplan ter
plekke de bestemming “Uiterwaard” heeft is van belang.
Tot zover de structuurvisie
De
waterfrontvisie.
Dat het college in december 2012 een weer een ander
bureau opdracht heeft gegeven een nieuw rapport te presenteren heeft wel vragen
opgeroepen. Of die vragen zijn beantwoord is mij niet bekend. Maar het rapport
ligt er nu, met de titel “Grave glinstert”. Op de voorpagina wordt nogal
nadrukkelijke meegedeeld dat dit de definitieve versie is. De discussie wordt
daarmee aanzienlijk beperkt en misschien is dat nog niet eens zo gek. Het is een
verzameling ideeën die niet allemaal even haalbaar zijn, maar toch wel de
moeite waard om er serieus naar te kijken. Er zijn wel wat merkwaardigheden.
Allereerst de begrenzing van de opdracht. Het rapport
moest gaan over het gebied langs de Maas tussen brug en Visioterrein. De Oude
Haven was dus de grens. Daardoor viel de rivierpleisterplaats die nota bene in
het ontwerpbestemmingsplan buitengebied was opgenomen buiten het onderzoek. Het
college had dus die voorziening al afgeschreven of was misschien bang dat het
rapport de ontwikkeling van de rivierpleisterplaats juist zou aanbevelen.
De definitieve versie is natuurlijk voorafgegaan door een
concept. In dat concept was een idee opgenomen dat heel sterk deed denken aan
de prinses Margriet, zij het in de haven en niet op zijn huidige plaats. Dat
laatste kon ook niet die viel buiten de onderzoeksgrens. Opvallend is dat die
suggestie uit de definitieve versie is verdwenen.
Ook in dit verhaal komt de EMAB-locatie voor als
woningbouwgebied. Hier worden wel de nodige bedenkingen aangevoerd met als
gevolg de suggestie in afwachting van de woningbouw een “pauzelandschap”in te
richten. Daarvoor worden enkele suggesties gedaan. Parkeren zoals in de
parkeernota opgenomen, wordt niet genoemd. Camperparkeerplaats komt er nog het
dichtst bij.
Tot slot viel mij op dat de wildwaterkanobaan niet werd
genoemd. De bestemming van het gebied tussen brug en voormalig Coxterrein heeft
nog steeds die bestemming en een uitvoering in een simpeler vorm dan indertijd
Ballast Nedam voor ogen stond lijkt mij niet bij voorbaat onmogelijk. Onlangs
was in de Gelderlander te lezen dat men in Nijmegen overweegt in de nevengeul
bij Lent zo’n voorziening aan te leggen. Dan biedt de locatie bij de stuw van
Grave meer mogelijkheden en een vigerend bestemmingsplan. Ergens moet ook nog
een idee of misschien zelfs al een plannetje voor een elektriciteitscentrale liggen.
Het raadsvoorstel wijdt nogal wat mooie woorden aan duurzaamheid.
Het
woningmarktprogramma
Ik heb dit onderwerp voor het laatst bewaard omdat Grave
naar mijn mening aan dit onderdeel het meeste behoefte heeft. Naast het
geheimzinnige Wisseveld en het nog vage Visioterrein is er nog een flink aantal
projecten die min of meer op korte termijn realiseerbaar zijn, maar ook, gezien
de huidige woningmarkt, elkaars concurrent. Het gevolg van die situatie is dat
er niets gebeurt. Een door alle betrokkenen geaccepteerd programma kan aan die
impasse een eind maken.
Het programma draagt de waarschuwing “vertrouwelijk”.
Gewoonlijk eerbiedig ik dat. Als ik een stuk in handen krijg met het stempel
vertrouwelijk lees ik het wel, maar praat dan niet over dingen die ik voor het
lezen van dat vertrouwelijke verhaal niet wist. Ik ben geen journalist.
Aangezien het rapport via de website openbaar is gemaakt en in een openbare
vergadering wordt besproken neem ik maar aan dat die vertrouwelijkheid een
vergissing is.
Ik kan niets anders zeggen dan dat ik dit een realistisch
en goed bruikbaar rapport vind. Er worden niet alleen cijfers genoemd, maar
direct ook een indicatie van de marges die er bij horen.
Het liegt er ook niet om, maar geen enkel verstandig mens
zal anders hebben verwacht.
Dat ik het een goed verhaal vind wil niet zeggen dat ik
geen opmerkingen en vragen heb.
Allereerst kreeg ik de indruk dat de eerste boodschap is:
de rem er op. De provinciale norm werd nogal nadrukkelijk als bovengrens
aangeduid. Zelfs bij het hanteren van die norm kunnen 440 geplande woningen
niet worden uitgevoerd.
Vervolgens zijn projecten met minder dan 5 woningen
buiten beschouwing gebleven. Toch is in de bijlage wel een indicatie gegeven De
vraag is nu hoe met die projectjes wordt omgegaan. Ik zou zeggen, en vind daar
in het rapport ook wel steun voor: geen strobreed in de weg leggen. Dat lijkt
me beter dan rigoureus tegenhouden. Iets daar tussenin roept weer allerlei
discussies op.
De clou zit in de tabel op pagina 26 van het verhaal. Dat
biedt een goed uitgangspunt. Wel moet het natuurlijk wel zo worden gehanteerd
dat een ontwikkelaar niet alleen het recht krijgt in een bepaald jaar een
aantal huizen te bouwen, maar ook de plicht ervoor te zorgen dat het ook
gebeurt. Anders wordt een andere ontwikkelaar naar voren gehaald.
Huizen bouwen is één, maar huizen verkopen is nog iets
anders. Het bouwen kan worden gestuurd, maar de markt is en blijft grillig. Ik
deel de verwachting dat de woningmarkt zich binnen niet al te lange tijd zal
herstellen niet. Zeker niet als met herstel wordt bedoeld dat de prijzen weer
gaan stijgen of in ieder geval niet verder dalen. De markt is juist verziekt
door de absurd hoge prijzen. Wonen is de enige levensbehoefte waar je aan kon
verdienen in plaats van dat het geld kostte.
Met dit programma is er in ieder geval een sturingsmiddel.
In het rapport wordt de EMAB-locatie weer opgevoerd als aantrekkelijk
woongebied. Helemaal waar, maar dat heeft juist veroorzaakt dat de rivieren in
de knel kwamen. Maar als GBB er wel in gelooft laat ze het dan maar waar maken.
Op die manier wordt voorkomen dat illusies andere plannen blokkeren.
Een vereiste is wel dat de gemeente zich hard opstelt tegenover
alle ontwikkelaars. Niet op tijd met een plan? Naar achter in de planning en
een ander project naar voren.
Opvallend vond ik nog de constatering dat er in Grave een
overschot wordt verwacht van sociale huurwoningen, een informatie die bij het
voorstel vd Horst te houden aan het contract om in het Hart van Grave 10
sociale huurwoningen op te nemen toch wel interessant was geweest.
Slotwoord
Van dit drieluik is het woningbouwprogramma het
belangrijkst en verdient daarom volledige aandacht. De planning van het geheel
acht ik bij een serieuze aanpak waarbij ook echte aandacht wordt besteed aan
het informeren en betrekken van de bevolking totaal onhaalbaar. Zeker als er
aan wordt gedacht dat in de periode tot 1 januari het samenvoegen van de ambtelijke
apparaten van de drie gemeenten de nodige en dus veel aandacht zal vragen.
Er wordt geen enkele indicatie gegeven over wat al deze
rapporten en de rapporten die hierdoor worden vervangen hebben gekost. Het
lijkt mij toch wel een interessant gegeven.
Over de andere agendapunten zwijg ik nu maar. Alleen zet
ik wel vraagtekens bij de argumentatie om de aanstraling van de kerk en het
historisch stadhuis uit het toeristisch recreatief budget te betalen. Welke
toeristen laten zich door lichtjes lokken? Een kerk en stadhuis als “Light
district van Grave”? Het zal wel geen rood licht worden. Ik ben er sterk voor
de duisternis in Grave te verlichten, maar de toeristen en winkelbezoekers die
wij in Grave willen hebben komen als het nog licht is en de winkels open zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten