zondag 14 april 2013

2013-43 De commissie Ruimte 16 april


Al een paar dagen zit ik met de vraag wat te doen met punt 5 van de agenda van de commissievergadering dinsdag. Het gaat over de “Koersnotitie structuurvisie/woningbouwprogrammering/ontwikkelingsvisie “Waterfront” Dat is niet alleen in de titel veel meer dan een mond vol. Met deze stukken wordt gepretendeerd voor onze gemeente de weg naar een in alle opzichten zonnige toekomst uit te stippelen. Niet als een droom, maar als een werkelijk doel.
Als je dan leest welke uitspraken van de raad worden gevraagd en de planning van de procedure voor de vaststelling van het eindresultaat “de structuurvisie”, wordt de feitelijke bedoeling van het college duidelijk.
Als het college had laten schrijven wat ik nu tussen de regels doorlees had het raadsvoorstel er ongeveer als volgt uitgezien.


Al een hele tijd zijn we bezig met de structuurvisie. We hebben de stukken na een jaar rust weer uit de la gehaald en afgestoft. Inmiddels zijn er ook Idops verschenen. Die bleken niet in strijd met een concept voor de structuurvisie van begin 2012. Dat kwam goed uit. Ook weten niet goed wat we met al enkele jaren oude plannen voor de Maasboulevard aanmoeten. Maar we mogen toch zeggen dat met de opknapbeurt van de loswal, zeker na het aanbrengen van de schanskorven, die beleidsnota’s hun geld wel hebben opgebracht. Toch  hebben we maar een nieuwe waterfrontvisie laten maken. Omdat we toch bezig waren hebben we ook het woningbouwprogramma er bij gedaan. Alle goede dingen gaan immers in drieën. Op die manier komen we er ook in één keer van af. Dat willen we graag voor 1 januari 2014. Want vanaf die datum zijn alle ambtenaren van Cuijk, Mill en Grave bij elkaar gevoegd. We willen dan zo weinig mogelijk winkeldochters hoeven over te dragen.

Om dat voor elkaar te krijgen is het wel nodig dat u de stukken accepteert zoals ze nu zijn. Het liefst hadden we dat de commissie ze tot A-stuk zou verklaren, maar dat zal wel teveel zijn gevraagd. We kunnen er ook wel mee uit de voeten als u er een B-stuk van maakt, maar onderling afspreekt dat alle amendementen worden verworpen. Zelfs zou het genoeg zijn als u de stukken voor kennisgeving aanneemt en ons de opdracht geeft  de stukken in één structuurvisie te verwerken.

Wat we helemaal niet kunnen hebben is dat geïnteresseerde burgers zich met de procedure gaan bemoeien. Daar hebben we nu geen tijd meer voor. Het zal ons wel lukken ze op afstand te houden. Gebleken is al dat ook de klankbordgroep zich een jaar aan het lijntje heeft laten houden. We kunnen er echter niet onderuit het ontwerp ter visie te leggen zodat men een zienswijze kan indienen. U weet dat we er telkens weer in slagen met het publiceren en ter inzage leggen van stukken verwarring te zaaien. Met de zienswijzennota zullen we tot het laatste moment wachten. Gezien de beschikbare tijd kan dat ook niet anders. Op die manier krijgen we het wel voor elkaar dat de zienswijzen geen invloed hebben op de uiteindelijke structuurvisie. Voorwaarde is wel dat u bij de behandeling van de zienswijzennota in de raadsvergadering niet afwijkt van ons voorstel. Dan kan het ook geen kwaad als er toch mensen zijn die gebruik willen maken van het spreekrecht. De verordening op de commissies maakt een verdergaande inbreng van burgers wel mogelijk, maar daar dient u geen gebruik van te maken. Indieners van zienswijzen kunnen na de vaststelling nog wel in beroep gaan, maar wie dan leeft die dan zorgt. Bovendien zijn de verkiezingen weer in zicht en dan zijn we er allemaal van af.
Het college wijst u erop dat de planning voor de procedure alleen haalbaar is als u bovengenoemde regieaanwijzingen strikt opvolgt.


Omdat het eigenlijk toch een serieuze zaak is waag ik het toch enkele inhoudelijke opmerkingen te maken.

De koersnotitie structuurvisie.
Opvallend is de opmerking in de inleiding dat de ontwikkeling van de visie begin 2012 is stilgelegd omdat eerst voldoende duidelijkheid over de ontwikkeling van het Wisseveld moest zijn verkregen. Laat ik nou altijd hebben gedacht dat een structuurvisie diende om juist richting aan dat soort ontwikkelingen te geven. Die duidelijkheid over het Wisseveld is er nog niet, maar nu kennelijk geen belemmering meer. Met iedere ziekte valt te leven als je maar niet vraagt hoe lang.

Op zich is de koersnotitie niet meer dan een opsomming van bekende wensen. Er worden wel zaken aangedragen, veelal al bekend uit eerdere rapporten, maar geen koers uitgezet om de gewenste situatie te bereiken. Opvallend vond ik dat er nogal positieve opmerkingen werden gemaakt over de wijze waarop Visio zou kunnen worden ontwikkeld. Sommige ontwikkelaars krijgen kennelijk meer vertrouwen dan andere.

Even opvallend was voor mij de weinige aandacht die werd gegeven aan de ontwikkeling van het Wisseveld. Dat in april 2012 een structuurvisie voor het Wisseveld is gepresenteerd door het bureau SVP uit Amersfoort is blijkbaar niet opgevallen. In de koersnotitie wordt zonder ook maar een vage toelichting een aantal projecten op het Wisseveld opgesomd. Waarschijnlijk zijn die regelrecht overgenomen uit het contract met GBB. Dat het voormalige schoolterrein aan de Koninginnedijk een schitterende plaats is voor woningbouw zal niemand bestrijden, maar over hoe en wat moet toch wel worden nagedacht. Ook woningbouw op de zogenaamde EMAB-locatie wordt opgesomd. De E van EMAG staat voor experimenteel. Dat experimentele had betrekking op nieuwe regels voor het bouwen in het winterbed van de grote rivieren. Die nieuwe regels zijn er inmiddels en daaruit blijkt dat je wel erg in nood moet zitten wil je toestemming krijgen daar te bouwen. Uit de regionale woningmarktstrategie en ook uit het eigen woningmarktprogramma van onze gemeente blijkt dat er een overschot aan bouwprojecten is. Op zijn minst had daarom toch dit project ter discussie moeten worden gesteld. Ook het gegeven dat het bestemmingsplan ter plekke de bestemming “Uiterwaard” heeft is van belang.

Tot zover de structuurvisie

De waterfrontvisie.

Dat het college in december 2012 een weer een ander bureau opdracht heeft gegeven een nieuw rapport te presenteren heeft wel vragen opgeroepen. Of die vragen zijn beantwoord is mij niet bekend. Maar het rapport ligt er nu, met de titel “Grave glinstert”. Op de voorpagina wordt nogal nadrukkelijke meegedeeld dat dit de definitieve versie is. De discussie wordt daarmee aanzienlijk beperkt en misschien is dat nog niet eens zo gek. Het is een verzameling ideeën die niet allemaal even haalbaar zijn, maar toch wel de moeite waard om er serieus naar te kijken. Er zijn wel wat merkwaardigheden.

Allereerst de begrenzing van de opdracht. Het rapport moest gaan over het gebied langs de Maas tussen brug en Visioterrein. De Oude Haven was dus de grens. Daardoor viel de rivierpleisterplaats die nota bene in het ontwerpbestemmingsplan buitengebied was opgenomen buiten het onderzoek. Het college had dus die voorziening al afgeschreven of was misschien bang dat het rapport de ontwikkeling van de rivierpleisterplaats juist zou aanbevelen.

De definitieve versie is natuurlijk voorafgegaan door een concept. In dat concept was een idee opgenomen dat heel sterk deed denken aan de prinses Margriet, zij het in de haven en niet op zijn huidige plaats. Dat laatste kon ook niet die viel buiten de onderzoeksgrens. Opvallend is dat die suggestie uit de definitieve versie is verdwenen.

Ook in dit verhaal komt de EMAB-locatie voor als woningbouwgebied. Hier worden wel de nodige bedenkingen aangevoerd met als gevolg de suggestie in afwachting van de woningbouw een “pauzelandschap”in te richten. Daarvoor worden enkele suggesties gedaan. Parkeren zoals in de parkeernota opgenomen, wordt niet genoemd. Camperparkeerplaats komt er nog het dichtst bij.

Tot slot viel mij op dat de wildwaterkanobaan niet werd genoemd. De bestemming van het gebied tussen brug en voormalig Coxterrein heeft nog steeds die bestemming en een uitvoering in een simpeler vorm dan indertijd Ballast Nedam voor ogen stond lijkt mij niet bij voorbaat onmogelijk. Onlangs was in de Gelderlander te lezen dat men in Nijmegen overweegt in de nevengeul bij Lent zo’n voorziening aan te leggen. Dan biedt de locatie bij de stuw van Grave meer mogelijkheden en een vigerend bestemmingsplan. Ergens moet ook nog een idee of misschien zelfs al een plannetje voor een elektriciteitscentrale liggen. Het raadsvoorstel wijdt nogal wat mooie woorden aan duurzaamheid.

Het woningmarktprogramma

Ik heb dit onderwerp voor het laatst bewaard omdat Grave naar mijn mening aan dit onderdeel het meeste behoefte heeft. Naast het geheimzinnige Wisseveld en het nog vage Visioterrein is er nog een flink aantal projecten die min of meer op korte termijn realiseerbaar zijn, maar ook, gezien de huidige woningmarkt, elkaars concurrent. Het gevolg van die situatie is dat er niets gebeurt. Een door alle betrokkenen geaccepteerd programma kan aan die impasse een eind maken.

Het programma draagt de waarschuwing “vertrouwelijk”. Gewoonlijk eerbiedig ik dat. Als ik een stuk in handen krijg met het stempel vertrouwelijk lees ik het wel, maar praat dan niet over dingen die ik voor het lezen van dat vertrouwelijke verhaal niet wist. Ik ben geen journalist. Aangezien het rapport via de website openbaar is gemaakt en in een openbare vergadering wordt besproken neem ik maar aan dat die vertrouwelijkheid een vergissing is.

Ik kan niets anders zeggen dan dat ik dit een realistisch en goed bruikbaar rapport vind. Er worden niet alleen cijfers genoemd, maar direct ook een indicatie van de marges die er bij horen.
Het liegt er ook niet om, maar geen enkel verstandig mens zal anders hebben verwacht.

Dat ik het een goed verhaal vind wil niet zeggen dat ik geen opmerkingen en vragen heb.
Allereerst kreeg ik de indruk dat de eerste boodschap is: de rem er op. De provinciale norm werd nogal nadrukkelijk als bovengrens aangeduid. Zelfs bij het hanteren van die norm kunnen 440 geplande woningen niet worden uitgevoerd.

Vervolgens zijn projecten met minder dan 5 woningen buiten beschouwing gebleven. Toch is in de bijlage wel een indicatie gegeven De vraag is nu hoe met die projectjes wordt omgegaan. Ik zou zeggen, en vind daar in het rapport ook wel steun voor: geen strobreed in de weg leggen. Dat lijkt me beter dan rigoureus tegenhouden. Iets daar tussenin roept weer allerlei discussies op.

De clou zit in de tabel op pagina 26 van het verhaal. Dat biedt een goed uitgangspunt. Wel moet het natuurlijk wel zo worden gehanteerd dat een ontwikkelaar niet alleen het recht krijgt in een bepaald jaar een aantal huizen te bouwen, maar ook de plicht ervoor te zorgen dat het ook gebeurt. Anders wordt een andere ontwikkelaar naar voren gehaald.

Huizen bouwen is één, maar huizen verkopen is nog iets anders. Het bouwen kan worden gestuurd, maar de markt is en blijft grillig. Ik deel de verwachting dat de woningmarkt zich binnen niet al te lange tijd zal herstellen niet. Zeker niet als met herstel wordt bedoeld dat de prijzen weer gaan stijgen of in ieder geval niet verder dalen. De markt is juist verziekt door de absurd hoge prijzen. Wonen is de enige levensbehoefte waar je aan kon verdienen in plaats van dat het geld kostte.

Met dit programma is er in ieder geval een sturingsmiddel. In het rapport wordt de EMAB-locatie weer opgevoerd als aantrekkelijk woongebied. Helemaal waar, maar dat heeft juist veroorzaakt dat de rivieren in de knel kwamen. Maar als GBB er wel in gelooft laat ze het dan maar waar maken. Op die manier wordt voorkomen dat illusies andere plannen blokkeren.

Een vereiste is wel dat de gemeente zich hard opstelt tegenover alle ontwikkelaars. Niet op tijd met een plan? Naar achter in de planning en een ander project naar voren.

Opvallend vond ik nog de constatering dat er in Grave een overschot wordt verwacht van sociale huurwoningen, een informatie die bij het voorstel vd Horst te houden aan het contract om in het Hart van Grave 10 sociale huurwoningen op te nemen toch wel interessant was geweest.

Slotwoord
Van dit drieluik is het woningbouwprogramma het belangrijkst en verdient daarom volledige aandacht. De planning van het geheel acht ik bij een serieuze aanpak waarbij ook echte aandacht wordt besteed aan het informeren en betrekken van de bevolking totaal onhaalbaar. Zeker als er aan wordt gedacht dat in de periode tot 1 januari het samenvoegen van de ambtelijke apparaten van de drie gemeenten de nodige en dus veel aandacht zal vragen.
Er wordt geen enkele indicatie gegeven over wat al deze rapporten en de rapporten die hierdoor worden vervangen hebben gekost. Het lijkt mij toch wel een interessant gegeven.

Over de andere agendapunten zwijg ik nu maar. Alleen zet ik wel vraagtekens bij de argumentatie om de aanstraling van de kerk en het historisch stadhuis uit het toeristisch recreatief budget te betalen. Welke toeristen laten zich door lichtjes lokken? Een kerk en stadhuis als “Light district van Grave”? Het zal wel geen rood licht worden. Ik ben er sterk voor de duisternis in Grave te verlichten, maar de toeristen en winkelbezoekers die wij in Grave willen hebben komen als het nog licht is en de winkels open zijn.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten