woensdag 5 maart 2014

2014-13 Raadsvergadering 25 februari deel 4 Deltaprogramma 1

De verschoven agendapunten werden toegevoegd aan punt 22. En zo werd agendapunt 13 Deltaprogramma Rivieren 22a en dat is nu aan de beurt.

Rivieren kunnen overstromen en daarbij veel slachtoffers maken en schade veroorzaken. Aangezien rivieren zich niets aantrekken van gemeentegrenzen worden maatregelen daartegen op landelijk niveau voorbereid. Gemeenten krijgen er wel mee te maken en daarom wordt er veel informatie verstrekt en krijgen de gemeenten nu de gelegenheid aan te geven hoe ze er over denken. En dat is nu aan de orde. Het college had een reactie voorbereid. Dat kun je een goede reactie vinden of niet. In dat laatste geval is het verstandig aan te geven hoe het wel moet. Gewoon het voorstel van het college afwijzen is hetzelfde als “wij hebben geen mening”. Het voorstel van het college werd geamendeerd en uiteindelijk met toch nog 4 tegenstemmers aangenomen.

Het onderwerp gaat mij zeer aan het hart, ik heb me tijdens mijn werkzame leven daarmee beziggehouden. Vandaar dat ik aan het begin van de vergadering gebruik heb gemaakt van het spreekrecht. Hieronder volgt hetgeen ik heb gezegd. De tekst had ik in een wat uitgebreidere versie al eerder aan de raadsleden toegestuurd. Wat in kaders staat heb ik niet uitgesproken en zo kon ik het bijna helemaal in 5 minuten kwijt.
In mijn volgende verhaal kom ik op de behandeling terug.


Geachte Raad,

U gaat straks praten over het deltaprogramma rivieren. Blijkbaar leeft dit onderwerp niet erg bij u leeft. En dat is jammer. Ik heb maar vijf minuten om u er van te overtuigen dat dit onderwerp voor Grave en het hele Land van Cuijk, in zoverre het onder invloed staat van de Maas, van groot belang is. De ontwikkelingen moeten daarom nauwlettend worden gevolgd en met de bevolking worden gecommuniceerd.
Basis is dat we onze woon- en leefomgeving moeten aanpassen aan de eigenaardigheden van de Maas. Dat hebben we in Nederland verwaarloosd. We dachten met dijken de rivieren wel te kunnen temmen
Een eskimo past zijn woon- en leefomgeving aan, aan de eigenaardigheden van zijn land. Hetzelfde doet een woestijnbewoner. Zo zouden wij dat ook moeten doen. De Maas speelt in onze omgeving een belangrijke rol en die voert soms weinig, maar soms ook veel en erg veel water af. Heel lang hebben wij daar wel rekening mee gehouden, maar op een gegeven moment zijn wij afgestapt van het leven met wisselende waterafvoeren en zijn overgestapt tot het verzetten tegen de gevolgen daarvan. Even kort door de bocht: dijken bouwen en weg probleem. Een van de gevolgen was dat we op onregelmatige tijden te maken kregen met dijkdoorbraken en dus een watersnoodramp. De geschiedenis kent er vele voorbeelden van. Onze oplossing was hogere en sterkere dijken. En ja, de frequentie van doorbraken en overschrijding van de beschermingshoogte nam af. Daardoor verdween op de duur  het besef van de omstandigheden uit onze gedachten. Een sluipweg voor het water als de Beerse Maas werd opgeheven en we gingen zelfs bouwen in de uiterwaarden.

De watersnoodramp in 1953 toonde de zwakte van onze dijken aan en dat werd opgelost door verbeteren van de waterkeringen. Ook toen was al bekend dat de rivierdijken slechts beperkte bescherming boden. Er waren plannen waar veel geld voor nodig was. Maar ach zo vaak komt een overstroming niet voor, en wegen aanleggen is toch een veel leukere investering dan dijken verhogen. Zo werden de dijkverzwaringen steeds uitgesteld. Het waterbesef was volkomen weg. Tot we in 1995 bijna met de noodlottige gevolgen van dat gebrek aan besef, niet alleen bij de bestuurders, maar bij de hele bevolking, werden geconfronteerd. Het is nog net goed afgelopen, maar veel mensen moesten toch zekerheidshalve hun woning verlaten.

Pikant detail is wellicht dat de enige echte dijkdoorbraak, met als resultaat een wereldwijd verspreide foto van een windsurfer op de A2 bij ons provinciehuis, plaatsvond in  het gebied waar ik ambtelijk verantwoordelijk was. En toch is er niets fout gegaan. Bij de aanleg van de A2 is uit landschappelijke overwegingen gekozen voor een laaggelegen weg. Bekend was dat er  een kans van 1/70 was dat de combinatie waterafvoer en Maas zou veroorzaken dat de weg onder water zou gaan. En die omstandigheid deed zich voor. Overwogen is nog de overstroming zelf in te leiden om te voorkomen dat het verkeer zou worden verrast. Omdat er tussen het begeven van de waterkering en het onder water gaan van de weg nog voldoende tijd was voor het treffen van verkeersmaatregelen werd hiervan afgezien. De kade was zo vriendelijk het tot 22:00 uur vol te houden. De verkeersmaatregelen waren voorbereid. Wel overlast maar meer ook niet. Desondanks werd toen toch bestuurlijk besloten dat dit nooit meer mocht voorkomen en dus werd de A2 van dijken voorzien. Te zijner tijd zal wel blijken of dit middel niet erger is dan de kwaal.

Daarna groeide, maar vooral bij direct betrokkenen het besef dat zich verzetten tegen de rivier niet tot een overwinning zou leiden. Het beleid werd “Ruimte voor de rivier”. Om er vaart in te krijgen en te vermijden dat het besef weer wegzakt is het project deltaprogramma onder leiding van de deltacommissaris aan de gang. De tijd is tekort om daar op in te gaan. Bovendien heeft u als raadsleden de beschikking over een schat van informatie. Ik weet niet waarom, maar kennelijk heeft u daar nauwelijks kennis van genomen. Zo blijkt ook uit antwoorden op vragen in de laatste commissievergadering. Informatiebijeenkomsten zijn niet of nauwelijks bezocht.

U hoeft vandaag geen besluit te nemen, maar bent wel in de gelegenheid aan te geven of degenen die enthousiast bezig zijn plannen te ontwikkelen, die u later wel in gemeentelijke besluiten moet verwerken, op de goede weg zijn en welke aanbevelingen en aandachtspunten u daarbij heeft. Geruststellend daarbij is dat u eigenlijk geen verkeerde opmerkingen kunt maken. Waarom ik dan toch hier sta is omdat er te weinig aandacht is voor het meenemen van de burger in deze ontwikkeling. De reden daarvoor is dat men daarmee wil wachten tot er concrete informatie is te geven over hetgeen er moet gebeuren. En dat is niet slim.  Er zijn al veel voorbeelden van projecten waartegen grote weerstand bij de bevolking en dus bij de gemeentebesturen was tegen de voorgestelde maatregelen. Een voorname reden daarbij is dat men de noodzaak van de maatregelen niet inziet. En dat zeker als de voordelen niet rechtstreeks voelbaar zijn. Betuwelijn,  HSL en verschillende wegenprojecten zijn daarvan duidelijke voorbeelden.
In de Gelderlander van donderdag 13 februari stond een ingezonden stuk dat dit illustreert. Het ging over de Betuwelijn waar, volgens de inzender, de verwachte aantallen treinen nog steeds niet worden gehaald. Hij vond dus dat de beslissing om de lijn aan te leggen op verkeerde uitgangspunten berustte. Vervolgens noemde hij een aantal andere projecten waarbij zich hetzelfde verschijnsel voordeed. In dat rijtje kwam ook de hoogwateraanpak voor.
Hetzelfde is nu al merkbaar, ook in de commissievergadering. Daar was duidelijk weerstand tegen de retentiegebieden voelbaar.

Wat ik van u vraag is om in uw opmerkingen mee te nemen dat zo spoedig mogelijk wordt begonnen met een actief informatieprogramma voor het publiek waarbij vooral de aandacht wordt gevestigd op de feitelijke situatie. Als daarmee wordt bereikt dat er bij de bevolking, waarbij u dan voorop gaat, voldoende besef is van de opgave waarvoor we staan; dan zal het begrip voor de te nemen maatregelen ook veel sneller groeien.

Onlangs is in dat kader al een televisieserie “Nederland in zeven overstromingen” te zien geweest. Heeft u die gezien?

In de tijd die mij rest nog enkele aspecten van het leven aan de Maas, die wij zo vaak liefdevol bezingen.
Allereerst is absolute veiligheid niet realistisch. Met zijn allen verhuizen naar hogere gebieden zou dat wel zijn maar is onbetaalbaar. Wettelijk zijn daarom veiligheidsnormen vastgesteld.
In het economisch centrum van ons land, de randstad, geldt een veiligheidsnorm van 1:10.000. Dat is niet hetzelfde als éénmaal in de 10.000 jaar. Je kunt het vergelijken met een loterij. Aangezien we gemiddeld 80 jaar worden betekent het dat iedere Randstedeling deelneemt aan een loterij met 125 loten.
Voor het rivierengebied wordt een veiligheidsnorm van 1:1250 voldoende geacht. Iedereen heeft dus een kans van 1 op 16 dit in zijn of haar leven mee te maken. Toch wel de moeite waard daar rekening me te houden. Daarbij moet ook worden bedacht dat twee keer achter elkaar ook een mogelijkheid is. De winters van 93/94 en 94/95 hebben dat wel duidelijk gemaakt.

In de eerder genoemde televisieserie werd opgemerkt dat als ons hoogwatersysteem in de randstad het begeeft Nederland kapot is Rampenplannen zijn daar niet tegen opgewassen.

Er zijn drie grondbeginselen van watermanagement waar we niets tegen kunnen doen.
·         Water loopt van boven naar beneden;
·         Water moet ergens blijven;
·         Water kiest de weg van de minste weerstand;

Deskundigen hebben fraaie methodes ontwikkeld om deze grondbeginselen om te zetten in plannen om zowel de Maas als onszelf voldoende leefruimte te bieden.

Voor bestuurders die op grond van de door deskundigen op basis van de grondbeginselen gevonden aanpak besluiten moeten nemen geldt nog een vierde criterium

·         De Maas trekt zich niets aan van democratisch genomen besluiten.

Ook in het verleden had men kennis van deze grondbeginselen. Een land omdijken betekende dat het water daar niet terecht kon. Aangezien iedereen zijn grondgebied ging omdijken kon de rivier het water dus nergens kwijt en ging naar de minste weerstand zoeken. De mens hielp daarbij door de dijken bij de buren door te steken om op die manier de rivier aan de nodige ruimte te helpen. Wij doen dat beschaafder en hebben de opdracht gegeven naar de optimale oplossing te zoeken. Als de Maas dan toch ruimte nodig heeft laat ons die dan aanwijzen op grond van bovenstaande beginselen en zodanig inrichten dat de schade minimaal is en er geen slachtoffers vallen.

Omdat we weten dat water ergens moet blijven is het beter dat we de Maas zodanig manipuleren dat het water naar een door ons bepaalde plek gaat. Dat zijn de retentiegebieden. Daar is een hoop over te vragen en te beantwoorden. Laat ik het zo samenvatten. Als ik zou wonen in een gebied dat onder invloed staat van de Maas dan zou ik het liefst in een retentiegebied zitten. Dan woon ik in ieder geval in een goed ingericht en voorbereid gebied. Want bedenk wel: er is een kans van 1/16 dat degenen die niet in een retentiegebied wonen toch minstens eenmaal in hun leven, en dan bij verrassing, door het water worden getroffen.

Tot slot. Ook buiten het directe watermanagement zijn er mogelijkheden rekening te houden met de Maas en zijn nukken. In de eerder genoemde TV-serie kwam ook aan de orde dat evacuatie geen echt soelaas biedt en zoveel mogelijk moet worden voorkomen. Dat begint dus met vanaf nu alle woningen in het Maasgebeid, en niet alleen in de retentiegebieden hoogwaterbestendig te bouwen. Ziekenhuizen en zorgcentra zijn natuurlijk lastige evacuatieprojecten. Zoek daarvoor een plek waarbij evacuatie niet nodig is of bouw zodanig dat men daar kan blijven. Misschien is daarom nog niet eens zo slecht dat Catharinahof 70 cm hoger staat dan de bedoeling was.

Er bestaat een Vereniging van Nederlandse Riviergemeenten. Grave heeft als medeoprichter in die VNR een belangrijke rol gespeeld. Een resultaat daarvan was dat Grave kon deelnemen aan een experiment om toch in het winterbed bouwactiviteiten te ontwikkelen; de zogenaamde EMAB. Inmiddels is er een nieuwe beleidslijn op grond waarvan wordt bepaald of een project wel of niet kan worden gerealiseerd. Het experimentele is er vanaf. Aangezien er geen absoluut verbod geldt zal Rijkswaterstaat nooit beginnen met af te wijzen. Kom maar met een voorstel zal het antwoord zijn. Toch durf ik te wedden dat we eerder te maken krijgen met een overstroming dan dat er vergunning voor woningbouw, waarvoor een markt is, ter plekke wordt gegeven.

Afgelopen vrijdag is er in Wijchen een bijeenkomst geweest van de taakgroep Maas van de VNR. Daar stond ook het onderwerp van vanavond op de agenda. De stukken voor die vergadering bevatten daarover nog interessante informatie. Beschikt u daarover? Overigens heb ik geconstateerd dat de gemeente de laatste twee jaar zich heeft beperkt tot het sturen van bericht van verhindering.

Grave 18 februari 2014

Leo de Vreede


Geen opmerkingen:

Een reactie posten