maandag 25 januari 2010

Loswal vervolg

Dit is de tweede versie van deze weblog. Ik had hem begin van de middag al grotendeels klaar, maar moest weg. Gelukkig had ik de ingeving nog even op de site van Jacques te kijken alvorens het verhaal af te ronden.

Ik vind het onwaarschijnlijk dat een college een voorstel de wereld instuurt en dan zonder dat er nog maar enige discussie heeft plaatsgevonden een paar dagen later alweer een andere mening heeft. Eigenlijk zou ik de mededeling van Jacques dat nu voorstel 2 bij het college de voorkeur heeft dan ook niet willen geloven. Als het college een voorstel doet is dat weloverwogen. Helaas geloof ik Jacques wel.

Ik heb vanochtend de stukken voor de loswal bekeken. Daar werd ik niet veel wijzer van. Op de vragen die ik in het vorige artikel stelde vond ik geen antwoord. Gelukkig heeft Jacques de tekeningen op zijn site gezegd en dat maakt het voor mij mogelijk er wat commentaar op te geven zonder er zelf de plaatjes bij te moeten leveren.

De voorstellen zijn niet meer dan ontwerpschetsen en nog ver van uitvoeringstekeningen. De behoefte om eerst te besluiten wat we nu eigenlijk met de vestingwerken, en de loswal daar als onderdeel van, willen, is alleen maar versterkt. In beide schetsen zijn de verwijzingen naar de vesting van weleer allemaal erg fragmentarisch en, maar dat is mijn mening, ook misleidend. Het is gebruikelijk om in nieuwe bestrating de contouren van de oude situatie aan te duiden. Maar dan wel om aan te geven hoe het er op die plek vroeger uitzag en niet als een soort symbool, waarbij het de vraag is of de argeloze bezoeker wel begrijpt wat er met die figuren wordt bedoeld. Ik kan me voorstellen dat iemand die de historie van Grave niet kent bij het zien van de bestrating van voorstel 2 vermoedt dat het hier gaat om een oude landingsplaats van schildpadden.
In de scan van Jacques was de uitleg bij de verticale strepen op voorstel 2 weggevallen. De blauwe kleur kreeg als uitleg: bedriegertjes!

Natuurlijk is het goed de bezoeker van Grave te laten zien hoe de vestingwerken er hebben uitgezien en wat de betekenis daarvan was. Een maquette zoals Martien Koolen voorstelt kan daar een onderdeel van zijn, maar de informatiewaarde van alleen de maquette is beperkt. Tijdens een rondleiding kan de maquette als illustratie dienen, maar dan is de vraag of de loswal de beste plaats is. Je moet dit niet vanuit het oogpunt van een kenner van Grave bezien, maar zoals een niets of weinig wetende bezoeker de maquette zal ervaren.

Ik heb de maquette van de maquette ook gezien. Met de goede uitleg erbij is het veel meer dan een symbolische verwijzing. Maar mijn mening dat je die maquette in een afmeting van 8 x 9 meter niet maakt voor € 10.000 is alleen maar versterkt. Daarbij ga ik wel uit van een behoorlijke kwaliteit en niet van een plaat beton met wat krassen en rode verf. In het stuk staat wel dat het een schatting is, maar in de Gelderlander werd het bedrag al als een budget gebracht.

Over geld gesproken. Jacques merkte op dat het bedrag van € 450.000 niet in het voorstel staat. Het staat er wel in onder de kop Argumenten en alternatieven, één na laatste alinea. Er is dan ook geen sprake van schending van vertrouwen. Tenzij het raadsstuk zelf het lek is. Waterdicht is het in ieder geval niet.

Uit gesprekken heb ik inmiddels ook begrepen dat kleine schepen, waarvan de schippers met de situatie bekend zijn, liever niet aan de kade afmeren omdat zij daar beschadigd kunnen worden. Dan moet je natuurlijk niet door een vlonder de suggestie wekken dat de aanlegsteiger doorloopt. Dat is vragen om schadeclaims. Waarom grote schepen, die toch meer diepgang hebben, wel tegen de wal aan kunnen liggen vind ik niet logisch. Een reden temeer om de huidige situatie te onderzoeken en als dat al is gebeurd de resultaten bekend te maken

In het vorig artikel vroeg ik me af wat er met halfverharding wordt bedoeld. Uit de schetsen blijkt dat het toch om keiharde keien gaat, gres- en betonkeien.

De verwarring is inmiddels alleen maar groter geworden en toch zal er een uitspraak moeten worden gedaan. Uitstel van het besluit tot er een duidelijk visie is zou natuurlijk het beste zijn, maar dat zal wel op politieke bezwaren stuiten. Bovendien zou het wel eens kunnen zijn dat Rijkswaterstaat nog dit jaar het stuwpeil van de Maas wil verhogen en ook daarvoor is spoed geboden.

Mijn conclusie: houdt het nu simpel en doe alleen wat direct nodig is om de peilverhoging aan te kunnen en de kwaliteit als aanlegplaats en entree voor de stad te vergroten.
Dat kan door de kademuur te verhogen en zo nodig te verbeteren. Leg een simpele verharding aan die bestand is tegen de wisselende waterstanden en overstroming. Na de discussie over de visie op de vestingwerken zal wel blijken of er op de loswal nog verwijzingen zinvol zijn. Ik denk dat een open terrein het meest historisch is verantwoord. Misschien dat een moeras nog beter zou zijn. Het doel van vestingwerken was bezoekers buiten te houden. De huidige loswal moet juist aantrekkelijk worden voor bezoekers. Welke aankleding daarvoor nodig is moet volgen uit de nog te voeren discussie over het totaalplan.
Laat de parkeerproblematiek waar die hoort en praat nu nog even niet over een parkeerverbod. Daarvoor dient de parkeernota waar we ook al een tijdje op wachten.

Ik weet niet hoever het staat met het overleg met rijkswaterstaat. Mij staat trouwens bij dat een deel van de loswal ook eigendom is van het rijk.
Wil je voor de winter 2010-2011 iets daadwerkelijk aan de loswal hebben gedaan zul je het zo moeten aanpakken. Voorwaarde daarbij is wel dat de technische uitwerking van het plan en de aanbesteding vlot kunnen verlopen.

Dat brengt me overigens op de vraag wanneer met het bouwrijp maken voor Maaszicht wordt begonnen. Dat was toch voor december 2009 gepland?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten